Test: Range Rover Sport (2005)
Onbekend terrein bestormen
- Maurice de Boevère
- Eerste rijtest
Land Rover klopt zich op de borst met de Range Rover Sport, en claimt dat het met dit model de beste rijdersauto ooit heeft gebouwd. Volgende maand staat de Sport, die een voor het Engelse merk nieuw niche-segment bewerkt, in de showroom voor een vanafprijs van een kleine zeventig mille.
De modellen van Land Rover zijn op het onverhard schier onverslaanbaar. In 1947 startte de producent met slechts één model, maar onder de vleugels van verschillende eigenaren – achtereenvolgens Britisch Leyland, BMW en nu Ford - is de modellenrange in de loop der jaren continu uitgebreid. De ouwe trouwe Defender is een echte offroader in de beste traditie van het merk. De Discovery laat zich het beste karakteriseren als een allrounder, die uitblinkt in praktisch gebruiksgemak en de Range Rover heeft zich ontwikkeld tot een luxueus alternatief voor bijvoorbeeld de Mercedes S-klasse en de BMW 7 serie. In het kleinere 4x4-segment doet de Freelander goeie zaken. Er lijkt dus geen niche meer op te vullen voor Land Rover. Hoewel, wat koop je als je wilt dat je modderploeteraar zich op het asfalt tamelijk sportief gedraagt? Land Rover hoopt aspirant-kopers die zich deze vraag stellen, te bedienen met de Sport.
Stormer
De Range Rover Sport valt precies tussen de Discovery en de Range Rover in. Hij gebruikt het platform van de eerste en tal van stollingselementen van de tweede. Designers wilden de Sport er zelfs stilstaand snel laten uitzien. Die intentie maakte het merk met de stylingstudie van het model, de Stormer, die op de Detroit Motor Show van 2004 stond, al duidelijk. In het front van de Sport is veel van de Stormer te herkennen, met name de geperforeerde grille en de koplampen verwijzen ondubbelzinnig naar de concept. De geprononceerde wielkasten met grote luchtinlaten maken van de Sport een gespierde verschijning. Volgen we het ontwerp verder naar achteren toe, dan wordt het allemaal wat minder spannend; ongeoefende autospotters zouden de Sport zonder veel moeite met de Range Rover kunnen verwarren. Toch is de Sport 162 millimeter korter, 46 mm lager en 81 mm smaller dan z'n grote broer. Al met al s 'ie een fractie groter dan bijvoorbeeld een BMW X5 of een Porsche Cayenne, modellen die 'ie nadrukkelijk uitdaagt. Hij heeft echter de kortste wielbasis. De beenruimte achterin is fors, maar kleiner dan van z'n komende concurrenten. De kofferbak biedt echter een riante ruimte; maximaal is meer dan 2.000 liter beschikbaar als je de stoelen achterin neervouwt.
Je zit comfortabel en hoog verheven boven de rest van het verkeer achter het stuur, met uitzicht op een helder en toegankelijk dashboard. Met grote bedieningsorganen voor de climate controle en een touch screen-display laat ergonomisch gezien niets te wensen over. De middenconsole herbergt een gekoeld kastje waar bijvoorbeeld frisdranken in kunnen worden ondergebracht en aan de bijrijderskant treffen we twee dashboardkastjes. Hout, leer en metaal-look-accenten geven het interieur van de Sport een dure, chique uitstraling. Een nadere bestudering leert echter dat er ook gebruik is gemaakt van goedkoper plastic. Duw op en knijp in de materialen rond de versnellingspook, en ze laten hier en daar wel een goedkoop klinkend kraakje los.
Terrain Response
Maar deze kleinigheden vallen de Sport gemakkelijk te vergeven, zeker als je je bedenkt wat voor technologieën de Range Rover allemaal aan boord heeft. De Sport heeft onder andere adaptieve cruise control, dat automatisch afstand houdt tot de voorligger, een elektrische parkeerrem en een Terrain Response-systeem, dat voor het eerst z'n opwachting maakte in de jongste Discovery; met een knop achter de versnellingspook selecteert de bestuurder eenvoudig het soort terrein dat hij verwacht aan te treffen, waarna de Sport automatisch alle elektronische systemen – waaronder het motormanagement, het management van de automatische zesversnellingsbak, de afdalingsremregeling Hill Descent Control (HDC), de luchtvering, het traction control-systeem en ABS en de elektrisch bediende centrale- en achterdifferentiëlen - optimaal zal inzetten om grip te houden op de ondergrond. Er zijn vijf settings: een algemeen offroad-programma, 'gras/grind/sneeuw', 'modder en sporen', 'zand' en 'rotsen'. De Sport is in staat plassen van 700 mm diep te doorwaden en hij beklimt hellingen van 45 graden. Hij daalt ze net zo gemakkelijk weer af, waarbij HDC alleen het sturen aan de berijder overlaat. De Sport voldoet aan alle offroad-criteria die Land Rover aan z'n producten stelt en ploegt door gebieden, die de meeste eigenaren nooit zullen opzoeken.
Kettingen
Land Rover komt met een drietal motoren voor de Range Rover Sport, een 2,7 liter V6 diesel, waarin PSA de hand heeft gehad en twee V8-benzinemotoren, afkomstig van Jaguar. Wij rijden tijdens de kennismaking met de Sport met beide V8's. De Sport rijdt op het asfalt weliswaar geraffineerd, maar doet zijn naam toch niet alle eer aan, want de Range Rover is gewoonweg niet sportief genoeg. Ondanks de toepassing van Dynamic Response, een computergestuurd anti-overhelsysteem, dat middels twee pompen en evenzoveel hydraulische motoren kracht uitoefent op de stabilisatorstangen om hun stijfheid te veranderen, wil de Sport best op één oor gaan hangen. De snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging werkt tamelijk licht en verlangt een behoorlijke zwieper aan het stuur om tot actie over te gaan. De grip van de Range Rover op asfalt is fantastisch; het kan bijna niet fout gaan met de Sport. Dat het vermogen in rap bochtenwerk door het motormanagementsysteem te lang van de wielen gehaald wordt, is wel frustrerend. Maar eenmaal van z'n kettingen ontdaan, gaat de Sport er vandoor als de spreekwoordelijke haas. De 4,4-liter V8 presteert soepel. Een Cayenne S en een X5 4.4i zijn sneller, maar ja, die hebben dan ook meer vermogen in combinatie met een lager eigen gewicht. Maar de atmosferische achtpitter voelt snel genoeg aan. Het topmodel, de Supercharged V8, maakt de Sport echter watervlug en is alleen al te prefereren vanwege de werkelijk sublieme soundtrack van de motor; het turbineachtige geluid van compressor spoort je steeds maar weer aan het gaspedaal tegen het schutbord te drukken.
De Range Rover Sport is niet zo dynamisch als de naam doet vermoeden. Hij excelleert op vele terreinen, maar, ironisch genoeg, gezien z'n naam, waarschijnlijk net niet voldoende op dat gebied waar hij z'n toekomstige concurrenten het nakijken wil geven; het asfalt. Maar hij rijdt uitermate comfortabel en laat zich eenvoudig mennen. Zijn terreincapaciteiten zijn, zoals het een Land Rover-product betaamt, boven iedere twijfel verheven. De Sport ziet er, ondanks veel herkenbare lijnen, gelikt uit. Het interieur is ruimtelijk en geeft je een goed gevoel. En ten slotte herbergt de Sport tal van innovatieve technologieën. Dat alles maakt 'm meer dan begeerlijk genoeg.