Peugeot 307 Féline & 307 CC (2005) - Test

De 'leeuwenmuil' is het moderne Peugeot-gezicht. Maar Peugeots grote succesnummer – de 307 die in 2001 op de markt verscheen – moest het nog doen met een meer bescheiden voorkomen. Kwaad heeft het hem niet gedaan. Sinds z'n introductie zijn er meer dan 2.200.000 exemplaren verkocht. Maar in de levenscyclus van Peugeots kleine middenklasser was het moment voor een facelift aangebroken en de fabriek greep de gelegenheid aan om ook dit model een grote mond op te laten zetten. De aluminium motorkap werd ingekort; de bumper valt nu hoger uit; de grille tussen de koplampen verdween en de luchtinlaat heeft een veel forser formaat gekregen. Hij heeft soms ook iets van een 'ouderwetse' grille, want bij de topversies van de 307 is het zwarte rooster van de luchtinlaat voorzien van verchroomde strips. Mistlampen in het rooster vinden we standaard bij alle uitvoeringen van de vernieuwde 307, op één na. Alleen bij de XR-versies zijn ze niet bij de prijs inbegrepen. In de 'mondhoeken' van de luchtinlaat zijn stootkussens gemonteerd die lichte botsingen kunnen opvangen. Ondanks de nose-job nam de lengte van de 307 nog geen centimeter toe. Nieuwe koplampen lopen zo'n tien centimeter verder naar boven door. Ook de achterlichtunits zijn vernieuwd. Voortaan lijkt het of de achterlichten van elke 307 zijn opgebouwd uit LED's. Maar alleen bij de 307 CC die al van dat soort achterlichten had, is dat werkelijk het geval.

Ook het interieur werd een beetje onder handen genomen. Het instrumentenpaneel heeft nu dezelfde lay-out als dat van de grote 607 en alle versies van de 307 krijgen in het vervolg chroomgerande klokken. De aluminium designafwerking van de middenconsole, die we al kenden van de CC, heeft nu ook z'n weg gevonden naar de andere carrosserievarianten van de 307. In de middenconsole kunnen we climate control tegenkomen; als onderdeel van de standaarduitrusting of als optie. Hoe dan ook; de airco zal voortaan links/rechts gescheiden regelbaar zijn.

Nieuw topmodel

Hoe gaat het leveringsprogramma voor de 307 er straks uit zien? Het omvat zeven motoren. We kunnen dit zevental opdelen in twee groepen. Er zijn vier benzinekrachtbronnen: 1,4/90 pk; 1,6/110 pk; 2,0/143 pk en 2,0/177 pk. En je hebt drie zelfontbranders; 1,6/90 pk; 1,6/110 pk en 2,0/136 pk. Dan de uitrustingsniveau's. Om te beginnen zijn de drie- en vijfdeursmodellen en de Break leverbaar als XR; XS en XT. Bij de stationwagon zien we de niveau's SW en SW Pack terug. Maar dat niet alleen. De stationwagon wordt nu ook leverbaar als luxe Griffe of sportieve XSi; varianten die voor de hatchback met drie of vijf deuren – Peugeot noemt dit model 'Berline' – al bestonden. Bestel je een SW Griffe, dan krijg je je 307 geleverd met onder andere: zwart leer; metallic lak; 16-inch lichtmetalen velgen; climate control; parkeerhulp en een regensensor. Een XSi heeft onder meer 17-inch lichtmetalen velgen en sportstoelen met halflederen bekleding. De voordeligste 307 SW – met 1,6-liter benzinemotor – kost € 23.200; een XSi met 143 pk 2,0-liter krachtbron komt op € 28.300. Een SW met 1,6-liter zelfontbrander staat voor € 27.350 in de prijslijst. Met 2,0-liter diesel kost deze carrosserievariant E 33.050. Voor de Berline komt er een variant bij; het topmodel Féline dat leverbaar is met de 2,0-liter 177 pk benzinemotor die we al kenden uit de snelste versie van de 307 CC, of met 136 pk 2,0-liter zelfontbrander. Als autospotter herken je de Féline aan de chroomstrips in de luchtinlaat; de achterbumper met een uitsparing voor het speciaal verchroomde uitlaateindstuk; een royale achterspoiler en nieuwe 17-inch Aidal-velgen met 205/50R17W-banden. Dat de Féline de nieuwe topversie is, zie je niet alleen van buiten, maar ook in het interieur. Leren bekleding is standaard. En niet alleen op de stoelen. Ook het dashboard en de portierpanelen zijn met dit luxe materiaal bekleed. Om het sportieve karakter van de Féline te benadrukken, krijgt hij een aantal zaken mee die tot nu toe alleen voor de CC bestemd waren. We hebben het dan over een leren sportstuur met Lion-grijze accenten; aluminium pedalen en een voetsteun voorzien van antislipnoppen; 'sportieve' instrumenten met witte wijzerplaten met chromen randen en een aluminium pookknop. Als driedeurs met benzinemotor staat de Féline in de prijslijst voor € 31.500. Met de dieselmotor onder de kap komt het nieuwe topmodel op € 33.900. Wil je vijf deuren in plaats van drie, dan betaal je € 450 bij.

Toerenmotor

De combinatie van Coupé of Cabriolet en dieselmotor doet nog wel een beetje vreemd aan, maar begint langzamerhand gewoner te worden. Niet zo gek dus dat Peugeot de 307 CC nu ook met een zelfontbrander op de markt gaat brengen. Om geen afbreuk te doen aan het sportieve image van de CC krijgt hij alleen de 136 pk diesel onder de kap die ook in de Féline gemonteerd wordt. Met deze krachtbron staat de 307 CC in de prijslijst voor E 37.000. Daarnaast blijft de Coupé/Cabriolet leverbaar met een drietal benzinemotoren. We hebben het dan over een 1,6-liter met 110 pk; een 2,0-liter met 143 pk en een 2,0-liter met 177 paardenkrachten. Met de 136 pk zelfontbrander in het vooronder komt de CC aan een topsnelheid van 208 km/h en moet hij in 11,1 seconden van nul naar honderd op kunnen trekken. Voor een belangrijk deel verantwoordelijk voor deze vlotte acceleratie is het aanzienlijke koppel. Normaal bedraagt het maximaal 320 newtonmeter bij 2.000 tpm, maar als echt alles uit de kast moet komen, kan het korte tijd oplopen tot 340 Nm. Natuurlijk, met 177 pk 2,0-liter benzinemotor is de CC sneller. Maar de diesel maakt beslist geen trage indruk. Ook al omdat hij dankzij z'n forse koppel makkelijk vanuit lagere toerentallen oppakt. En de zesversnellingsbak zorgt voor overbrengingsverhoudingen, waarmee tijdens het dooraccelereren geen gaten vallen bij het overschakelen van het ene verzet naar het andere. Het koetswerk van de Coupé/Cabriolet blijft keurig stijf. Alleen bij het nemen van een gemene spoorwegovergang voelden we enige beweging in de carrosserie.

De 307 met de hoogste topsnelheid – 225 km/h - is de CC met 177 pk benzinemotor. Met dezelfde krachtbron haalt de Féline 220. Daar staat tegenover dat hij sneller kan optrekken. Hij sprint in 8,2 s van nul naar honderd; de CC in 9,4 seconden. Met de strak sturende en solide op de weg liggende Féline kun je zonder meer vlot vooruit komen. Maar er moeten wel toeren gemaakt worden, want de machine die 177 paardenkrachten kan mobiliseren heeft 7.000 krukasomwentelingen per minuut nodig om dat te doen. Om – eenmaal op tempo – wat minder toeren te hoeven draaien, zou deze motor wel een zesversnellingsbak kunnen gebruiken, maar Peugeot heeft geen geschikte bak in huis en dus moet de Féline het met vijf versnellingen doen.

In september zal de vernieuwde 307 op de grote Duitse automobieltentoonstelling – de I.A.A. in Frankfurt – aan het publiek worden geïntroduceerd. Maar je hoeft niet naar die show af te reizen om de wagen te kunnen bewonderen, want tegen die tijd staat hij ook bij de Nederlandse dealers in de showroom. Op het prijskaartje dat hangt aan de voordeligste versie – de 3-deurs XR 1.4 16V – zal dan het bedrag van 18.990 euro af te lezen zijn.