Opel Insignia GSi (2018) - Test
Brave Hendrik
80 reacties
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
Opel heeft voor de nieuwe Insignia het GSi-label weer uit de kast getrokken. Maar wat betekent dat voor het OPC-label en hoe rijdt de nieuwe auto? Roy zocht het uit.
Nee, het is geen vervanger van de Insignia OPC, maar toch gaat deze nieuwe GSi 12 seconden sneller rond de Nordschleife dan diezelfde OPC van de vorige generatie. Dat is een behoorlijk verschil, zeker als je bedenkt dat die vorige auto 315 pk had tegen 260 pk voor de nieuwkomer. Maar er was dan ook een hoop mis met die OPC. Hij was veel te zwaar en de motor was buitengewoon loom, alsof er een dertigtal pk kwijt was. Dat onderstel en besturing vervolgens best oké waren, kon die minpunten niet verbloemen. Dan naar het heden, waar Opel zijn befaamde GSi-label weer uit de kast heeft getrokken. Die letters stammen uit de jaren 80, toen ze voor het eerst op de Kadett en Manta verschenen. Maar OPC verdwijnt niet, verklaart een Opel-manager desgevraagd. "GSi is een nieuw sportief instapniveau voor Opel. OPC blijf bestaan en is daarboven gepositioneerd. Nieuwe OPC-modellen zullen blijven komen als daar ruimte vóór, en behoefte áán is." De logische vraag krijgt een ontwijkend, maar reëel antwoord. "Een nieuwe Insignia OPC? Nou, we weten het gewoon nog niet. Misschien. Het hangt er vooral vanaf hoe ons nieuwe PSA-management daar tegenaan kijkt." Want ja, Opel hoort nu tot hetzelfde concern als Peugeot en Citroën. En als men daar geen brood ziet in een nieuwe über-Insignia, dan blijft het bij deze GSi.
DE SPECS
Maar is dat dan slecht nieuws? Eerst even door de cijfers. Zoals al gemeld levert de auto 260 pk, dit dankzij een 2,0-liter turbomotor. Tenminste, als je een benzineversie kiest. Het model is ook leverbaar als diesel, dan krijg je 210 pk (maar wel 480 Nm). In Nederland kost die diesel € 10.000 meer, dus we zullen hem nog minder vaak zien dan de benzineversie. Beide motoren zijn al leverbaar voor de Opel, de GSi-krijgt opvallend genoeg geen vermogensboost ten opzichte van wat er al was. De auto is merkbaar langzamer dan de OPC was, ook al presteert de motor op zichzelf beter. Dankzij standaard vierwielaandrijving is tractie nooit een probleem. Daar komt bij dat je een bijzonder differentieel krijgt tussen de achterwielen dat door middel van koppelingen het vermogen tussen links en rechts kan verdelen. Het principe doet denken aan de Focus RS. Hierdoor duwt de auto zichzelf hard de bocht om, waardoor ergerlijk onderstuur bijna nooit optreedt. Het gewicht van de auto speelt hierbij eveneens een rol, de GSi is tot 160 kilo lichter dan de OPC. Nu was die ook schandalig zwaar, maar even goed verdient Opel hier een compliment. Deze winst zit hem vooral in de basis van de hele Insignia, die sowieso een stuk lichter is geworden. Dit gebrek aan overgewicht voel je in iedere bocht en bij iedere remactie. De GSi is geen enkel moment log. Gezien zijn formaat is die lichtvoetigheid best knap.
Je hebt tegelijkertijd wel ruimte te over, volwassenen houden het op de achterbank ook op lange ritten goed vol. Voorin zit je op een fijne sportstoel die Opel zelf heeft ontwikkeld. De kuipen bieden veel steun en zijn elektrisch verstelbaar, met stoelkoeling en -verwarming. Ondanks deze features weegt hij minder dan de Recaro's van het vorige model. Dat soort feitjes laat zien dat Opel wel wat van de GSi heeft willen maken. Het is meer dan een label met een verlaagd onderstel. De (dynamische) dempers en veren zijn compleet aangepast, het uiterlijk is stoerder en via de speakers wordt het motorgeluid wat opgepompt. Qua rijden kun je op hoge snelheid bochten induiken en uitrijden. Een dynamische hoogvlieger dus? Nee, dat niet. Die conclusie wringt een beetje, want de snelheid zit er wel in. Maar de Opel betrekt je nooit echt bij het rijden, de besturing is wat afstandelijk en het enige motorgeluid dat nog ergens op lijkt, komt uit de speakers, niet uit de uitlaat.
Het is een capabele, snelle jongen, die nergens ergernis opwerkt. Een groot verschil met de OPC van voorheen. Dat was een wildebras met een gemene rand, zoals OPC-modellen betaamt. Dat karakter heeft deze GSi totaal niet. Een vlotte braverik is het, waarbij het twijfelachtig is of die het GSi-label waard is. Maar de ergernissen die we hadden bij die Insignia OPC, kent deze GSi dan weer niet en dat is winst. Wat je overhoudt, is een fijne, goed aangeklede autobahnbrander die Nederlanders met hoge jaarkilometrages zal aanspreken. Besef wel dat snellere grotere auto's in ons land als snel de prijs betalen in de vorm van CO2-taks. De bpm knalt omhoog voor auto's als deze, met een vanafprijs van € 67.000 als resultaat. En dat is te veel. Iets van € 50.000 was voor het totaalpakket een nette prijs geweest. Toevallig is dat precies wat hij gekost had als bpm nog gebaseerd was geweest op de kale prijs in plaats van op de CO2-uitstoot. We zullen het ermee moeten doen.
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.
Lezersreacties (80) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.