Opel Antara (2006) - Test

Nieuw terrein

Opel Antara
Opel AntaraOpel AntaraOpel AntaraOpel AntaraOpel AntaraOpel Antara
AutoWeek 44 2006
AutoWeek 44 2006

Je leest het in AutoWeek 44 2006

Met de Antara gaat Opel nieuwe wegen in: de Antara moet voor de Duitsers terrein gaan winnen in de klasse van de midsize SUV's, waar de Koreanen tot nu toe de dienst uitmaakten. En wat is er dan logischer dan de handen ineen te slaan met je Koreaanse zustermerk? De Antara deelt een groot deel van zijn techniek dan ook met de Chevrolet Captiva. Is dit een echte Opel of een Koreaan in camouflagepak?

Als er één terrein is dat de Europese autobouwers de laatste jaren braak hebben laten liggen, dan is dat wel dat van de compacte SUV's. De Koreanen kwamen, zagen en overwonnen. Ze veroverden met modellen als de Hyundai Tucson en Santa Fe en Kia Sportage en Sorento razendsnel de harten van automobilisten die wél een hogere zit en een stoer uiterlijk wilden, maar níet per se ingewikkelde gearings en starre assen wilden hebben. Nu duiken de Europeanen ook eindelijk in dit gat, met Opel als voorloper. Met de Antara lanceert het merk uit Rüsselsheim zijn allereerste SUV. De Duitsers hadden tot 2003 weliswaar de Frontera in de showroom staan, maar dat was nog een terreinwagen van de oude stempel. De Antara daarentegen is qua techniek opgezet volgens de personenwagenstandaard, en heeft een zelfdragende carrosserie. Omdat de aantallen in dit segment echter relatief bescheiden zijn en de Koreaanse tak van General Motors met de Chevrolet Captiva een geschikte 'donor' in huis had, hebben de ingenieurs van Opel dankbaar gebruikgemaakt van de voorhanden zijnde techniek in plaats van te proberen zelf het wiel uit te vinden. Het is verleidelijk om de Antara een Chevy in Opel-jas te noemen, maar da's toch wel erg kort door de bocht. Dat neemt niet weg dat een groot deel van de onderdelen, zoals het onderstel, de motoren en de versnellingsbakken van het Koreaanse zustermodel is overgenomen. Maar tegenwoordig doen veel merken aan leentjebuur en dat hoeft niet per definitie slecht te zijn. Opel heeft gelukkig flink zijn best gedaan om de Antara een eigen gezicht mee te geven. De nieuwe SUV heeft net als de andere modellen van het merk een scherpe vouw in de voorkant en motorkap, en een brede chromen strip met een joekel van een 'Blitz' erop, zodat er geen misverstanden bestaan over de identiteit van deze auto. Volgens Opel is alleen de voorruit identiek aan de Captiva, de rest is van eigen snit. De Antara is sportiever van lijn dan de Chevy, de schuin aflopende achterkant zorgt voor een dynamische uitstraling. De achtersteven heeft wel wat weg van die van de nieuwe Corsa, alleen dan twee maatjes groter. Met de Opel-identiteit van de nieuweling zit het dus wel snor.

Des Opels

Ook het interieur is speciaal voor de Antara ontworpen en draagt eveneens de bekende Opel-tooi. De knoppen en hendels op het dashboard stammen linea recta uit modellen als de Astra en Vectra. De bediening is dan ook geheel 'des Opels', logisch dus. Alles zit daar waar je het verwacht. Het dash oogt bovendien hoogwaardig en strak vormgegeven. Leuke details zijn de ronde luchtroosters en het fraaie driespaaks stuur, dat sportief oogt en lekker in de hand ligt. Een echte aanrader is overigens het mooie bruine leer, dat het Antara-binnenste een warm en exclusief tintje geven. Minder blij worden we van het instrumentarium, dat het zonder een metertje voor de olietemperatuur moet stellen. En die lijkt ons toch redelijk essentieel. Maar de overige meters zijn wel lekker groot en prima afleesbaar. De zitpositie geeft evenmin veel reden tot klagen. De stoel en het stuur zijn over een grote afstand te verstellen, ook langere personen vinden zo een prima plekje. Jammer dat de zittingen wat aan de korte kant zijn, waardoor lange ledematen weinig steun krijgen. Iets meer zijdelingse steun hadden de stoelen ook wel mogen bieden, maar ze zitten wel lekker comfortabel. Geen Duits-harde zit, gelukkig. Da's dan weer een voordeel van Opels 'internationale betrekkingen'. Want dit is met recht een wereldburger, hij rolt ook in Korea van de lopende band. Met de afwerking lijkt het wel snor te zitten, al horen we in beide auto's waar we mee reden verschillende irritante rammeltjes op de weliswaar bar slechte wegen rondom Athene. Het kan exemplarisch wezen. Dat geldt helaas niet voor de plastic deurgrepen binnen en buiten. Kom op Opel, dat kan dus écht niet in een auto met een vanafprijs van 32 mille! De riante interieurruimte maakt weer een hoop goed. Zowel voor- als achterin is er genoeg ruimte voor lijf en leden. De bagage komt er kariger vanaf. De Antara is in tegenstelling tot de Captiva niet leverbaar als zevenzitter, maar dat heeft niet geleid tot een grote kofferruimte. Een inhoud van 370 liter is eerder Golf-formaat dan SUV-niveau, en bovendien is-ie nogal ondiep. Prettig zijn wel weer de grote, als flaporen uit de carrosserie stekende buitenspiegels, die een perfect zicht naar achteren bieden.

Vele geschreeuw, weinig wol

De Antara komt beschikbaar met drie motoren, met vermogens uiteenlopend van 150 tot 227 pk. We beginnen onze testrit met wat het 'neusje van de zalm' zou moeten zijn, namelijk de topper van de range: de 3.2 V6. Helaas blijft het echte motorische genieten uit, zo blijkt al snel. De 3,2 liter zespitter mag dan 227 paarden op stal hebben, het is ons niet helemaal duidelijk waar die gebleven zijn. De Antara is met bijna 1.800 kilo echter geen lichtgewicht, en de vijftraps automaat waarin de V6 gekoppeld is, behoort niet tot de meest dynamische in zijn soort. De schakelacties verlopen nogal traag en echt alert is de bak niet te noemen. De verzetten zijn bovendien relatief lang, waardoor de toerenval redelijk groot is. Dat had met een zestraps automaat voorkomen kunnen worden. Wanneer je je voet op de bodem trapt, schreeuwt de V6 het uit, maar de voorwaartse drang die je daarbij verwacht, blijft uit. Als het nou nog een melodieuze V6-grom was, konden we ermee leven, maar de zware brom van de zespitter is bepaald niet muzikaal te noemen. Gelukkig loopt de V6 bij constante snelheden wel mooi stil. Bovendien is een acceleratie van 0 naar 100 km/h in 8,8 seconden voor zo'n zware jongen best rap. Het is alleen jammer dat je tijdens het rijden niet bepaald het gevoel heeft met een dikke motor op pad te zijn. Daar kom je bij de pomp echter snel achter: de fabrieksopgave bedraagt al een stevige 11,6 liter per 100 km, maar in de praktijk kom je al snel aan 1 op 7. Voor wie dat wat al te gortig wordt, levert Opel ook een 2,4-liter viercilinder. Die levert een voor die motorinhoud nogal bescheiden 170 pk. We hebben helaas niet met deze motor kunnen rijden, maar we vermoeden dat de vierpitter behoorlijk aan de bak zal moeten om de gang lekker in de Antara te krijgen.

Betere keus

Een betere keus dan de benzinemotoren is wat ons betreft de tweeliter oliestoker. Die heeft niets van doen met de Fiat-zelfontbranders die Opel in zijn andere modellen lepelt, maar is ontwikkeld door VM Motori en Daewoo. De motor levert een keurige 150 pk, waarmee de Antara in 12,1 seconden naar 100 km/h accelereert. Dat is op zich niet bloedsnel natuurlijk, maar door het koppel van 320 Nm krijg je wel het gevoel dat er wat gebeurt in het vooronder. Tenminste, zodra de toerenteller de 2.000 passeert. Daaronder geeft de CDTi namelijk niet thuis, bij lagere toerentallen gaapt een turbogat van Grand Canyon-formaat. Dat zorgt ervoor dat je in krappere bochten al gauw terug moet schakelen, echt schakellui rijden is er met deze motor niet bij. Dat is op zich niet zo'n probleem, hoewel de bak van de Antara niet zo precies van verzet wisselt als bij andere Opel-modellen als de Vectra. Bovendien heeft hij maar vijf versnellingen, een zesbak zou helpen om het geluid en het verbruik op de snelweg terug te dringen. Nu maakt de auto bij een snelheid van 130 km/h zo'n 2.800 toeren, voor dieselbegrippen relatief veel. Gelukkig is de motor bij constante toerentallen mooi stil, alleen bij vol accelereren hoor je een chagrijnige dieselbrom. Het gemiddelde verbruik is met 8,6 liter per 100 km (fabrieksopgave) keurig, daar kunnen ook mensen met een zuinige inslag prima mee leven. Er is ook nog een 127 pk-uitvoering van deze motor, maar het is nog niet bekend wanneer die naar Nederland komt.

Veilig en voorspelbaar

Sturen doet de Antara prima. De besturing is voor dit type auto lekker direct, ook rond de middenstand. De wegligging is bovendien best voor elkaar. De Antara heeft een modern onderstel aangevuld met elektronica als ESP, een afdaalhulp DCS en 'Active Rollover Protection', dat door remgrepen in extreme gevallen een koprol kan voorkomen. Daar zal het echter niet gauw toe komen, want de Antara ligt strak op de weg en helt beslist niet overmatig over. Gewoon een veilig en voorspelbaar weggedrag. De Antara is in principe een voorwielaandrijver, maar zodra de omstandigheden erom vragen, geeft het elektronisch gestuurde differentieel razendsnel tot maximaal 50 procent aan de achterwielen. Een kort ritje over een gravelparcours laat zien dat de Antara zijn mannetje staat, hoewel we geen echt offroadwerk hebben kunnen uitproberen. Maar deze auto zal zijn dagen toch op het asfalt gaan slijten, en daar doet-ie het keurig. Wel is het jammer dat met name de gereden V6-uitvoering vooral in krappe haarspeldbochten ernstig heeft te lijden onder een chronisch optredend onderstuur. De zware motor in het vooronder gaat niet onopgemerkt voorbij zodra je op tempo een bocht induikt, hij wil het liefst rechtdoor. Ook de 2-liter CDTi heeft enigszins te kampen onder dit verschijnsel, hoewel in duidelijk mindere mate. Maar daarbij moeten we wel vermelden dat het hier om grenssituaties gaat, met het gewicht in het achterhoofd valt er op de wegligging van de Antara weinig aan te merken. Dat geldt ook voor het rijcomfort. De vering heeft wat moeite met putdeksels en andere gaten, maar langere hobbels worden keurig weggewerkt. Lekker comfortabel.

Redelijk scherp

Goed, kijken we tot slot nog even naar het kostenplaatje. Wanneer de Antara medio februari volgend jaar in de showroom staat, krijgt hij een vanafprijs van E 31.995, voor de 2,4 liter in Essentia-uitvoering. Da's een redelijk scherpe prijs, hoewel de Koreanen voor dit geld veelal een zescilinder leveren. Maar niet altijd standaard vierwielaandrijving, waarmee de Antara zich in positieve zin onderscheid. Ook ten opzichte van de Chevrolet Captiva, die weliswaar duizend euro minder kost, maar geen 4x4 standaard aan boord heeft. Bovendien zit de Antara ook in de basisuitvoering goed in zijn toebehoren. Naast de eerdergenoemde elektronische hulpjes en vanzelfsprekende zaken als centrale vergrendeling met afstandsbediening en elektrische ramen en spiegels zijn ook een airco, een radio/cd-speler met stuurbediening en hoofdairbags standaard. De diesel is er vanaf E 38.895 voor de luxere Enjoy-uitvoering, die is voorzien van een automatische airco, verwarmbare voorstoelen en 17-inch lichtmetaal.