BMW Z4 M Roadster
Lekker dwars
Leuk hoor, die facelift van de BMW Z4 maar niet echt verrassend. Veel leuker is natuurlijk de introductie van de Z4 M, het absolute topmodel met 343 pk sterke 3,2-liter zescilinder. Daar gaan we eens even een lekker stukje mee sturen en nemen en passant de belangrijkste wijzigingen van de 'gewone' Z4 met u door.
Eén druppel, twee druppels... Ja, hoor, binnen de kortste keren is de hele voorruit bezaaid met regendruppels. Net nu we bijna bij het circuit van Jerez de la Frontera zijn aangekomen om daar tot op de limiet kennis te kunnen maken met de BMW Z4 M Roadster. Dat wordt dus op eieren rijden. Jammer, op een droge baan kun je nu eenmaal beter aan de weet komen wat een auto écht kan. Maar goed, we zijn al lang blij dat we überhaupt op een circuit mogen rijden dus laten we er dan ook maar een feestje van maken! Het asfalt is inmiddels drijfnat en een kennismakingsronde achter de safety car leert dat het verraderlijk glad is, vooral bij het aanremmen en uitaccelereren van de bochten. Na een rondje of drie drukken we de 'sport'-knop in met als gevolg dat het overuren draaiende stabiliteitssysteem de teugels wat meer laat vieren. Het verschil is goed te merken; de achterkant krijgt toestemming om enigszins uit te breken voordat de elektronica zich meldt door middel van remingrepen en terugnemen van aandrijfkracht. Het geeft de avontuurlijk ingestelde Z4 M-berijder de gelegenheid over de grens te gaan zonder dat dit resulteert in een drift of de overtreffende trap daarvan, een pirouette. Gelukkig is de kunstmatige beschermengel ook compleet op non actief te zetten – uiteraard moet je dat ook even proberen, we hebben tenslotte wat uitloop op het circuit – en dan is het lachen geblazen in de 343 pk sterke achterwielaangedreven M. Iets te veel gas en de achterkant wil je aan alle kanten voorbij. Tijdig tegensturen dus. Dat gaat met veel gevoel in deze M-versie, die in tegenstelling tot de minder krachtige Z4-varianten voorzien is van hydraulische in plaats van elektrische stuurbekrachtiging. Daarmee houden de verschillen overigens niet op. Laten we het eerst eens hebben over de motor die BMW monteert in dit topmodel, die direct meelift met de facelift die de complete Z4-range heeft ondergaan. Wat een geweldenaar is deze 3,2-liter zes-in-lijn - die al naam maakte in de M3 - toch! Zonder hulp van turbo's of compressors worden niet minder dan 343 pk's en 365 newtonmeter trekkracht op de been gebracht en dat is eigenlijk belachelijk veel voor een atmosferische krachtbron van deze inhoud. Het piekvermogen wordt bereikt bij niet minder dan 7.900 tpm. Een echte toerenmachine dus, net als de V10 uit de M5 en M6, waarvan elke pk slechts 4,1 kg Z4 hoeft te verplaatsen en da's niet veel. In vijf seconden knalt de Z4 M door de 100 km/h-barrière, met gemak stoomt de M op naar de afgeregelde topsnelheid van 250 km/h. Dankzij snufjes als Vanos (variabele nokkenastiming) en Valvetronic (variabele kleptiming) wordt te allen tijde zo efficiënt mogelijk met vermogen en brandstofconsumptie omgesprongen. In de praktijk komt dat erop neer dat het blok heerlijk soepel loopt, altijd power voorhanden heeft (ook bij lagere toerentallen) en ook nog eens geweldig klinkt, al is het wel even wennen aan die wat 'metalige', mechanische klank als je de toeren opjaagt. Het uitlaatsysteem met vier eindpijpen blaast ook z'n partijtje mee, lekker donker grommend en heerlijk nablaffend en -ploffend als je het gaspedaal loslaat. Helemaal goed.
Twee vliegen in een klap
BMW grijpt de introductie van de opper-Z4 aan om de facelift van de uit 2002 daterende roadster aan de verzamelde pers te presenteren. Twee vliegen in één klap. De opvallendste veranderingen behelzen een aangepaste vorm van de 'nieren', een andere voorbumper met geïntegreerde, platte mistlampen en grotere luchtinlaat, en een nieuwe layout van de koplampen (bij de M standaard voorzien van bi-xenonlampen) en de achterlichtunits. Deze zijn voorzien van remlichten die feller oplichten als er steviger wordt geremd. Verder wat nieuwe lakkleuren en velgdesigns en verse kleuren en materialen voor het interieur. Voor de Z4 M gingen de registers nog verder open. Die herken je vooral aan het agressiever ogende front, de twee reliëf-strepen over de motorkap, 18-inchwielen, de diffusor aan de achterkant en de eerdergenoemde vier uitlaten. Daarnaast ligt 'ie nog eens 10 mm lager bij het asfalt dan de 'gewone' versies en hebben de wielen meer negatief camber (wielstand waarbij de bovenkant van het wiel meer naar binnen wijst dan de onderkant). Om al het vermogen in goede banen te leiden en maximale grip te garanderen, kreeg de Z4 M het snelheidsgevoelige, variabele sperdifferentieel van de M3 gemonteerd, waardoor het traditionele traction controlsysteem is komen te vervallen. Tot afkortingen gedegradeerde systemen als DSC (Dynamic Stability Control) en het daaronder vallende CBC (Cornering Brake Control; behoedt de auto voor vreemde escapades als er remmend een bocht wordt geënterd) en DBC (Dynamic Brake Control, voor optimale remdruk in noodsituaties) moeten voor de nodige stabiliteit en optimale remkracht zorgen. Over remmen gesproken, de M wordt tot stoppen gebracht door het remsysteem uit de M3 CSL met geventileerde schijven met een doorsnede van 345 mm voor en 328 mm achter. De eerdergenoemde sportknop activeert het DDC (Dynamic Drive Control), wat zorgt voor alertere reacties van het gaspedaal en stuurwiel. BMW paste de schakelwegen en overbrengingsverhoudingen van de M iets aan, wisselen van verzet gaat echter gepaard met flink wat weerstand en vooral het snel terugschakelen van 3 naar 2 gaat niet bepaald soepel.
Nu ook met automaat
Behalve het uiterlijk ging ook het motorengamma van de Z4 op de schop. Aan de basismotor veranderde niets, dat blijft de tweeliter viercilinder met 150 pk. Daarboven maakte de 2,2-liter zes-in-lijn plaats voor eentje met een inhoud van 2,5 liter. Die is er in twee smaken; de 2.5i en de 2.5si, goed voor respectievelijk 177 en 218 pk. Een trede hoger vinden we de 3.0si, met het blok dat we inmiddels kennen uit de 130i, een machtige zespitter met 265 pk. Standaard zijn alle Z4's voorzien van een handgeschakelde zesbak, maar je kunt nu ook kiezen voor een zestraps 'Sport Automatic' met schakelflippers aan het stuur op de 2.5si en de 3.0si. De 'zwakkere' 2.5i is leverbaar met een zestrapsautomaat die meer gericht is op comfort dan op sportiviteit. Maar de absolute 'bom' is natuurlijk de nieuwe Z4 M, de feitelijke opvolger van de Z3 M uit 1997. Een dijk van een auto met fenomenale prestaties, die qua prijs en prestaties de concurrentie zal moeten aangaan met vooral de Porsche Boxster S (72.660 euro). Het prijsverschil tussen de 3.0si en de M liegt er overigens niet om, dat is bijna 26.000 euro. Terwijl zo'n 3.0si allesbehalve behelpen is. Maar wie het befaamde M-logo en nóg heftigere prestaties verlangt, zal die extra investering graag doen.