Audi RS6
Grof geschut
- Rob van Ginneken
- Eerste rijtest
Met de RS6 en RS6 Avant lanceert Audi de topmodellen van zijn meest sportieve lijn. Vierhonderd en vijftig paardenkrachten onder de kap, quattro-aandrijving, remmen als scheepsankers en een onderstel dat de giganten aan de weg lijkt vast te zuigen. En dat is nodig ook!
Als je één keer vol op het gaspedaal van de RS6 leunt, duurt het nooit meer dan zeventien tellen voor je weet dat het zijn ontwerpers tot het spreekwoordelijke gaatje zijn gegaan. Uit zijn vooronder stijgt een diepe roffel op, de brede sportbanden klauwen zich in het asfalt vast en de grote Audi gaat ervandoor alsof hij wordt achtervolgd door een horde wild geworden wolven.
De motorische roffel gaat over in een gespierd klinkende grauw en voor je zelfs maar één keer met de ogen kunt knipperen zwiept de naald van de snelheidsmeter de 100 voorbij. Terwijl je wenkbrauwen onderweg zijn om in een uitdrukking van ongeloof naar elkaar toe te knijpen, is ook de grens van 200 al gepasseerd.
En ook dan is het enorme geweld van de 40-kleppen Biturbo V8 nog lang niet getemd. De snelheidsmeter blijft in zichtbaar tempo oplopen. Om bij het bereiken van de 250 km/h voor de definitieve apotheose van verbijstering te zorgen. De lippen zakken verbluft een centimetertje uit elkaar en rond de ogen verschijnt een uitdrukking van onverdund ongeloof als je merkt dat de automaat pas ná het bereiken van die magische grens naar de vijfde versnelling overschakelt. Kennelijk overdrijft de meter een tikje of hebben de techneuten zich een beetje vergist bij het programmeren van de chip. De RS6 is in theorie op diezelfde 250 kilometer per uur begrensd, maar we hebben toch echt de 280 achter de wijzernaald gezien...
Schakelen bij 250? Dat kán niet waar zijn. Toch maar eens met de hand de tiptronic bedienen. Om te ontdekken dat je het de eerste keer ook gewoon goed had geregistreerd. Het klopt gewoon. Welke bak dat geweld kan verwerken? De automaat uit de A8 met W12-motor. Maar dan in aangepaste versie natuurlijk.
Cosworth
Een auto die grote stappen neemt. Het zou een understatement zijn om de prestaties van de RS6 zo platvloers te omschrijven. Met zijn 450 pk en een trekkracht van 560 Nm over het volle gebied van 1.950 tot 5.600 toeren is de sport-Audi gewoon verzengend snel. Zo simpel ligt dat.
Om dat allemaal mogelijk te maken, wordt de 4.2-liter 40-kleppen V8 bij Cosworth onder handen genomen. En uiteraard heeft de toepassing van twee turbo's, twee immense aluminium tussenkoelers en twee compleet gescheiden uitlaatsystemen er ook iets mee te maken.
De Biturbo-techniek zorgt overigens voor 0.8 bar laaddruk. Het resultaat is in elk geval bijna niet van deze wereld. Zelfs bij de testrit in Zuid-Duitsland - waar ze wel wat gewend zijn - moet je donders goed oppassen dat je niet ongewild op vorstelijke wijze uit de band springt. Voor je het weet, zoef je immers met snelheden tegen de 200 over een slingerende binnenweg. Of kom je op de Duitse Autobahn met honderd procent snelheidsverschil op je medeweggebruikers af. De RS6 levert zijn prestaties nu eenmaal met speels gemak en - afgezien van de grom uit het vooronder - in alle rust.
Ankers
Maar goed, je leert heel snel dat de Audi op het gebied van prestaties een soort overtreffende trap is. En door al dat geweld wordt je al snel geconfronteerd met een zo mogelijk nog indrukwekkender trekje van de RS6.
Bij zijn kleine broer, de RS4, zijn de nodige kritische noten gekraakt over zijn remmen. Die fout hebben de heren techneuten zeker niet gemaakt bij de grotere RS6. De keuze voor een viertal enorme, zwevend opgehangen remschijven lijkt weliswaar een beetje afgekeken van sportmotorfietsen, maar zelfs in die exotische kringen zoek je tevergeefs naar remklauwen met acht zuigers, zoals die voorin de Audi zijn gestopt.
Het resultaat zou iedereen eigenlijk een keer zelf moeten ervaren om het echt te kunnen bevatten. Misschien kun je het nog het mooist illustreren met zijn van-nul-naar-honderd-naar-nul-tijd van 7,3 seconden. Dat leest u goed: van stilstand naar honderd en dan weer vol in de ankers tot stilstand gaat sneller dan menig sportwagen nodig heeft om aan de honderd te komen. Snelle rekenmeesters hebben wellicht al becijferd dat het remmen daarin niet meer dan een dikke twee en een halve tel vergt!
Zwaar geschut
Dat is allemaal des te imposanter als je weet dat de RS6 schoon aan de haak bijna 1900 kilo weegt. In de kentekenpapieren is zelfs sprake van een kleine twee ton.
Het zal dus niemand verbazen dat we aan het eind van onze, niet al te ingetogen, testritten een verbruik van 25 liter op 100 kilometer noteerden. Een op vier. Waardoor de RS6 een belachelijk kleine actieradius van pakweg 320 kilometer heeft. Wie snel wil zijn, moet pijn lijden. Nou ja, op dát gebied dan.
In alle andere opzichten is het gewoon een uiterst imposante auto, die ondanks zijn massa toch verbijsterend goed ligt. Met vriendelijk dank aan de quattro-aandrijving en het nieuwe Dynamic Ride Control-systeem in de schokdempers. Een mechanisch werkende techniek die meehelpt om rollen en duiken van de carrosserie tegen te gaan. Als we ons niet ernstig vergissen, is dat trouwens ook geleend uit de motorfietswereld, waar het gebruikt wordt om de motor vooral bij hard remmen vlak te houden. Een hydraulische verbinding tussen voor- en achterschokdemper voorkomt daar overmatig voorover duiken. In de RS6 is dat kruiselings per twee wielen geregeld.
Wat het specifiek aan de rij-eigenschappen bijdraagt, is niet vast te stellen. Zeker is in elk geval wel dat de Audi verbluffend hard een hoek om wil. Als je er stevig tegenaan gaat, voelt de RS6 bij het insturen even aan alsof hij lichtjes rechtdoor wil, lijkt zich dan onder invloed van de quattro-techniek en het veersysteem pas echt te 'zetten' en gaat vervolgens neutraal tot licht overstuurd als een trein de bocht door. Zelfs op kronkelende bosweggetjes is hij moeilijk te kloppen, maar zijn echte territorium ligt toch op de wat bredere binnenwegen en de Autobahn.
Tja, eigenlijk kun je het ook heel kort zeggen: een zeer luxe zakenauto met spierballen die zelfs Arnold Schwarzenegger tot een fors uitgevallen breinaald degraderen. Dat dit kanon niet het koopje van de week is, zal niemand verbazen. De Biturbo RS6 komt met zijn 4.2-liter V8 op 125.900 euro. De Avant-versie heb je vanaf 128.940 euro. En hun uitrusting? Laten we het houden op 'overcompleet'.