Aston Martin DBS Superleggera Volante - Test

Shinen zonder schreeuwen

Aston Martin DBS Superleggera Volante
AutoWeek 24 2020
AutoWeek 24 2020

Je leest het in AutoWeek 24 2020

Zelfs in het knaloranje behoudt een Aston Martin zijn distinctie. Zelfs de vele inkepingen, uitstulpingen, logo’s veranderen daar niets aan, net zo min als het licht ruige randje aan het geluid van de biturbo-V12. We gaan voor het eerst op pad met de open versie van de GT supercar, die kan shinen zonder te schreeuwen.

Je zou haast denken dat de meest autogekke prins der Nederlanden deze Aston Martin DBS Superleggera Volante heeft besteld. Knaloranje! We zien het prins Bernhard nog doen ook, al dan niet met bijpassend montuur voor een überhippe bril. Deze kleur associeer je nou niet meteen met een extreem duur topmodel van het nobele Britse merk, maar zelfs in het oranje oogt deze open V12 niet zo schreeuwerig als een Ferrari of een Lamborghini.

Een dergelijke lak associeer je eerder met dat andere sportwagenmerk uit het Verenigd Koninkrijk, McLaren. Maar de echt schitterende DBS Superleggera Volante kan het prima hebben. Al zijn bijzondere details zijn zo nog beter zichtbaar en waar je in een Lamborghini of McLaren meteen wilt instappen om zo hard mogelijk te gaan, loop je eerst een paar rondjes om deze beauty heen, opdat je alle details goed in je op kunt nemen. Tenminste, dat is mijn ervaring. En punten van aandacht zijn er genoeg. De zogenaamde curlicues achter de voorste wielkasten bijvoorbeeld. Fraai, maar ook functioneel, want ze geleiden de wind vanuit de wielkasten over de zijkant van de auto naar de achterzijde, om zo ongewenste lift (het licht worden van de neus) bij extreem hoge snelheden tegen te gaan.

En snel kan het gaan, tot een duizelingwekkende 340 km/h zelfs, mede dankzij die machtige V12 met twee turbo’s in de neus. Op de lange lijst van zaken die het hoogwaardige product nog beter op smaak brengen, staat ook het Q Carbon-pakket, waarbij typeaanduidingen, emblemen en andere verwijzingen van echt carbon zijn. De eerste keer dat je goed naar het Aston Marton-logo op de neus kijkt, denk je dat het versleten is, of dat het van een oude Aston Martin is overgezet op de neus van de V12 GT supercar. Dat Superleggera staat altijd op een DBS, ook al heeft hij geen vast dak. De Italiaanse aanduiding voor lichtgewicht verwijst bij dit model niet naar een uitgeklede, maar juist aangescherpte versie van de dikke Aston Martin. Dat zie je trouwens ook aan het gewicht, dat met 1.860 kilo aan de stevige kant is. Vier zitplaatsen, een open dak, een V12: waar moet je deze Aston Martin in de superliga plaatsen?

Qua vermogen doet hij leuk mee met de Ferrari 812 GTS (800 pk) en de Lamborghini Aventador Roadster S (740 pk), maar deze 725 pk sterke geweldenaar, die dakloos door het verkeer glijdt, heeft twee zitplaatsen meer dan die Italiaanse exoten met evenveel cilinders. Een Bentley Continental GTC kun je ook met een twaalfcilinder krijgen, maar dat is toch een andere klasse, qua vermogen, configuratie én prijs.

ANDERE ZAKEN

Meer dan vier ton spenderen aan een Aston Martin en dan knoppen en hendels uit een Mercedes-Benz aantreffen, zal voor geen enkele koper een probleem zijn. Bedenk immers dat het twintig jaar geleden voorkwam dat er Ford-knoppen en zelfs Ford-sleutels in en bij een Aston Martin zaten.

Het relatief eenvoudige scherm voor de multimedia is dan weer niet van Das Haus, maar de bediening van het menu wel. De ontwikkelingen op het gebied van interfaces gaan ontzettend hard, en juist wat die onderdelen betreft verouderen auto’s vanbinnen snel. Het is voor een kleine fabrikant moeilijk om hieraan ook nog voldoende aandacht te besteden. Het is bijvoorbeeld de reden dat Bugatti de Chiron geen megagroot scherm meegeeft. MBUX van Mercedes-Benz ook overnemen dan? Zou kunnen, maar al te veel aandacht moet je er ook niet aan besteden bij het testen van een exoot als deze. Er zijn andere, veel belangrijker redenen voor aanschaf. Bijvoorbeeld dat je je zo goed onder kunt dompelen in de sfeer van mooi leer, fraaie stiksels en wulps gevormde stoelen. En ook dat anderen zich zullen vergapen aan deze Volante – al jaren de aanduiding voor de dakloze Aston Martins –, terwijl je met de V12 zacht zoemend over een boulevard in een duur oord flaneert. Een Aston Martin koop je om zijn fantastische looks en machtige aandrijfbron.

Het tot leven wekken van die V12 is, zeker met de kap open, een machtige ervaring. Het typische zoemende geluid van de twee rijen van zes cilinders en de schitterende balans zorgen ervoor dat je de auto haast een adellijke afkomst toedicht. Het is niet schreeuwerig of opzwepend, maar gedistingeerd, in stijl zonder dat het ook maar een beetje op werken lijkt. Het is een Britse motor, met een inhoud van 5,2 liter, terwijl in andere Astons door Mercedes-AMG gebouwde achtcilinders in actie komen. Toch kent de V12 zeker wel een ruig randje. In de stand S+ van het rijprogramma ploft en pruttelt er bij gas lossen het nodige achter de auto, maar zelfs dan wordt het niet hufterig.

Over de aanpassingen in het menu voor de rijkarakteristieken gesproken: er is een aparte knop voor de demping, waarbij er dezelfde drie standen zijn (GT, Sport en Sport +), waarvan zelfs de meest radicale de auto niet keihard maakt. De automaat van ZF weet wat van hem verlangd wordt: schakelen op de juiste momenten, zonder onnodig teruggrijpen naar lagere versnellingen. In D, die je opmerkelijk genoeg inschakelt met de verst gelegen knop op het dashboard, toont hij zich actief. Rijd je in de manuele modus, waartoe je vanwege die lastiger te bereiken D-knop wat sneller geneigd bent, dan schakelt de bak echt niet terug bij het vloeren van het gaspedaal, en mag de V12 zijn machtige koppel van 900 Nm het opbouwende werk laten verrichten.

De V12 hitst je niet op; de toerenteller laat bij 7.000 al een rood gebied zien. De DBS valt in snelle bochten goed te plaatsen, maar voelt nooit superleggera aan. Hoe meer je hem opjaagt richting limiet, hoe beter je de auto kunt plaatsen. Hoe een Aston Martin van deze proporties aanvoelt? Dat is misschien het beste te omschrijven als het gemiddelde van een Bentley en een Ferrari: hij bevindt zich halverwege de 812 GTS en de Contintental GT Convertible W12, waarbij je wel moet bedenken dat die laatste bij het verschijnen van de nieuwste generatie op dynamisch vlak een enorme stap gezet heeft, mede dankzij de technische basis van de Porsche Panamera, die als uitgangspunt is gebruikt. Maar dan nog is de DBS meer sportwagen en de Bentley meer GT. Aston Martin zelf noemt de DBS Superleggera Volante een GT Supercar. Dat slaat de spijker op de kop.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Signalement

Merk Aston Martin
Model DBS 5.2 V12 Superleggera
Carrosserie 2-deurs, coupé
Transmissie 8 versnellingen, sequentiële automaat
Aandrijving achterwielaandrijving
Nieuwprijs € 374.886

Specificaties

Brandstof benzine
Motor V12
Cilinderinhoud 5.204 cc
Maximaal vermogen 533 kW / 725 pk bij 6.500 tpm
Maximaal koppel 900 Nm bij 1.800 tpm
Lengte / breedte / hoogte 4.712 mm / 1.942 mm / 1.280 mm
Wielbasis 2.805 mm
Massa leeg 1.693 kg
Banden voor265/35R21Prijzen
Banden achter305/30R21Prijzen
Topsnelheid 340 km/h
Acceleratie 0-100 km/h 3,4 s
Brandstofverbruik 13,5 l/100km
CO2-uitstoot (WLTP) 306 g/km

Gerelateerde forum topics

Praat verder op het forum