Van deze jonge studente in haar 53-jarige Simca wordt iedereen blij

Klassieker voor woon-werkverkeer

Simca 1100

Louter lachende gezichten en duimen omhoog als we in Enkhuizen stapvoets langs volle terrassen rijden. Het is behalve de 53 jaar oude Simca 1100 ook de piepjonge, in een oranje T-shirt gestoken bestuurster die alle ogen op zich gericht weet. Een bijzondere combinatie.

Frida Reus heeft iets met klassieke auto’s. Ze omarmt de romantiek, de geur en de techniek. Toch is ze niet werkzaam in de klassiekerbranche. “Ik ben student fysiotherapie. Mijn doel is om mensen beter te maken of in elk geval er een bijdrage aan te leveren. Wellicht dat ik het niet mijn hele leven zal doen, want mijn interessegebied is nogal breed. Ik heb net een cursus fotografie afgerond en nu heb ik me ingeschreven voor een opleiding interieurstilist. Dat komt straks van pas als ons nieuwe huis wordt opgeleverd. Mijn liefde voor de autotechniek stamt uit mijn jeugd en heeft als voornaamste doel zelfredzaam te zijn als ik auto rijd.”

Dat ze een Simca heeft gerestaureerd, is geen toeval; dit merk is haar met de paplepel ingegoten. Het terrein en de loodsen van vader en moeder Reus in het Noord-Hollandse Venhuizen staan vol met allerhande modellen uit de glorietijd van het van oorsprong Franse merk. Zo stuiten we op een Simca 1000, een 1307 en zelfs een 8 uit 1938. Verder is er een nieuw restauratieproject in de vorm van een 1100 in driedeurs uitvoering en een Talbot Samba Cabriolet. Een sterke merkenvoorkeur heeft Frida zelf overigens niet. Tot verdriet van pa had haar ‘daily’ net zo goed een Opel Ascona A mogen zijn. Dat neemt niet weg dat ze veel plezier beleeft aan haar Simca, hoewel die pal voor haar vakantie een deuk in het linker voorportier opliep. Een nietsvermoedende vrouw reed er zomaar tegenaan. 

André en Wynia Reus hebben drie dochters, van wie Frida het meeste autobloed heeft. De andere twee stappen in op weg naar een kampeerweekeinde van de Simca-club en zijn daarin ook actief. Frida sleutelt als enige. Aan de 1100 had ze een hele kluif, want zo mooi als hij op de foto’s staat te pronken, was hij oorspronkelijk niet. Eenmaal op de hefbrug ontdekten vader en dochter al snel dat de kokerbalken krokant waren. Wat wil je ook, van roestprotectie was anno 1970 nauwelijks sprake. “Dat geldt zeker voor een Simca”, weet André maar al te goed. Van hem erft Frida het enthousiasme voor de klassieke auto. Pa Reus start rond 1992 met zijn hobby door een Fiat 500 te gaan opknappen. De leraar bouwkunde heeft tijd over om met kameraden uit de omgeving te sleutelen aan klassiekers en youngtimers. Met hen breidt hij zijn kunde uit met lassen en het beheersen van de techniek. Het strak maken van de carrosserie laat hij over aan gespecialiseerde bedrijven.

Nu is de Simca 1100 weer spic en span, maar er ging een grondige reparatie aan vooraf.

Simca gered van de sloop

Dankzij de 500 krijgt André de smaak van het restaureren te pakken. Zijn eerste auto, een Simca 1000, kan immers ook een grote opknapbeurt gebruiken. Dan gaat het snel: er komt een 1307 bij en in 2014 een blauwe 1100 die hij aan zijn middelste dochter toevertrouwt. Zo ver komt het echter niet, want de blauwe blijkt te slecht om te restaureren. Hij kan wel dienen als donor voor de nieuwste aanwinst, een groene 1100. André: “Die hebben we in 2017 op Marktplaats gevonden. Een stalling in Andijk moest leeg. Omdat er zich geen gegadigden aandienden, waren alle auto’s voor­bestemd voor de sloop. Onze groene hebben we op het nippertje weten te redden. En weet je wat zo gaaf is? Het is een vijfdeurs GLS, destijds de meest luxueuze uitvoering. Hij was in veel betere staat dan de blauwe. Bovendien komt hij bij dezelfde dealer in Enkhuizen vandaan als de 1000: Simca-Chrysler-Sunbeam-dealer Baas. Daar is hij verkocht aan een plaatselijke glazenwasser, die er maar 70.000 kilometer mee heeft gereden.”

Inmiddels is Frida oud genoeg om mee te helpen sleutelen, want ze hangt al van jongs af aan in de werkplaats om haar vader te helpen als hij ergens met zijn grote handen niet bij komt. “Ik kon dan vaak wel iets te pakken krijgen”, legt ze uit. Als ze zeventien jaar is, haalt ze al haar rijbewijs. “Mijn eerste rijles was in de blauwe 1100. Vooruit over het pad voor ons huis langs. Pa reed hem terug in zijn achteruit, totdat ik dat zelf ook onder de knie had.”
Dat zegt genoeg over haar auto-enthousiasme toch? Telkens als haar vader bezig is, laat ze haar interesse in de techniek blijken. En als er een moer of een bout moet worden los- of aangedraaid, wil ze de steek- of ringsleutel overnemen. Frida: “Auto’s hebben me altijd aangesproken. Natuurlijk waren er Barbies, maar evenzoveel speelgoedauto’s. Ik hielp altijd mee in de werkplaats als mijn vader daar bezig was. Vanzelfsprekend kon ik ook meteen aan mijn eigen auto werken.”
Dat beperkt zich eerst tot het losschroeven van alle interieurdelen, maar allengs mag Frida ook aan de onderkant (mee)werken. Het slijp-, flex- en laswerk doet André het liefst zelf, want er is veel plaatwerk verrot. Hoewel er niets meer nieuw te leveren is, bereikt er via het clubmagazijn toch het nodige Venhuizen. “Dorpels en bodemplaten kan ik zelf wel fabriceren, maar een spatbord kan ik natuurlijk nooit reproduceren. Gelukkig heeft de club nog genoeg in voorraad.”

Helemaal periode-correct, die bontjes om de stoelen van de Simca 1100.

In de periode dat de Simca zich bij de plaatwerker annex spuiter bevindt, storten vader en dochter zich op de motor. “Die was er slecht aan toe. Eigenlijk zat hij gewoon vast: te lang gestaan in de stalling in Andijk. Uiteindelijk viel het blok niet meer te redden. Het metaal was te veel aangetast door vocht; een combinatie van relatieve vochtigheid en koelvloeistof waarin kennelijk een te hoog percentage water heeft gezeten. Daarom hebben we de motor van de blauwe 1100 klaargemaakt met nieuwe onderdelen, filters en een koppakking. We hebben direct ook de waterpomp vernieuwd, want als er iets niet mag gebeuren, is dat de motor heet loopt.”
Er was wel meer vast gaan zitten. Alle remmen moesten nieuw worden, evenals de wiellagers. Een omvangrijke klus, die ze pas konden uitvoeren nadat de Simca terug was van de spuiter. “Als mijn vader aan de onderkant bezig is, kan ik werken aan het mechaniek. Zo hebben we samen de uitlaat gemonteerd en de remmen ontlucht. De remtangen hebben we voorzien van nieuwe cupjes. Ik heb zelf de remcilinders gehoond en de dynamo gereviseerd.”

De Simca 1100 in het pittoreske Enkhuizen.

Frida concentreert zich daarna weer op het interieur en monteert de stoelen, de deurpanelen, de raamslingers en de deurklinken. “Voor de neerklapbare achterbank riep ik de hulp van mijn vader in, om beschadigingen te voorkomen. Voor de veiligheid controleren we steeds elkaars werkzaamheden. Niet op een vervelende manier hoor. Hij wil met zijn ervaring zeker weten dat ik de bouten van gordels, stoelen en achterbank goed heb aangedraaid en kijkt daarom vaak mee.”

In 2019 voltooien beiden de restauratie. Er rest hen nog één belangrijk punt: het aantrekken van de cilinderkopbouten. De kleppen staan al goed, de timing klopt. De carburateur hebben ze ultrasoon laten reinigen. De afstelling laten ze over aan een expert. “We hebben zelf geen apparatuur om CO, toerental en dergelijke te controleren. Die is nodig om de motor goed te laten lopen. Daarvoor brengen we hem liever naar de garage. Nu loopt de 1100 duidelijk te rijk.”

Ook tijdens de fotosessie, als we de voormalig dealer in Enkhuizen trachten te vinden, loopt de motor over van de benzine en dreigt hij zelfs af te slaan. Hier is werk aan de winkel. Toch weet Frida de te rijk afgestelde Simca behendig aan de praat te houden. “Ik kon al goed omgaan met de auto omdat ik in de periode dat hij in restauratie was mocht oefenen met alle andere auto’s van mijn vader. Ook moest hij het eerste jaar altijd naast me zitten. Zo kon hij bekijken of ik ‘het’ in me heb”, zegt ze. Frida doelt op het talent om een klassieker te rijden. “Vader is net een rijschoolhouder. Voor ik zelfstandig mocht rijden, moest ik in een oldtimer een rijproef afleggen. Als ik geen rijtalent zou hebben gehad, zou ik nog niet met de auto’s mogen rijden. Gelukkig heb ik het wel.”

Simca moest niet te mooi worden, want voor woon-werkverkeer

Tijdens de restauratie waarschuwt senior Frida geregeld dat de Simca niet te mooi mocht worden. “Het is mijn eerste auto, dus moest ik het niet te erg vinden als er een deuk of een kras in komt. Het is mijn dagelijkse auto voor het woon-werkverkeer.” Dat laatste dankt zij aan haar oma. “Ze verplichtte mij om ’s avonds de auto te pakken in plaats van de fiets. Ik werk inmiddels in de zorg en daar wijken de werktijden af van het gebruikelijke negen-tot-vijf-schema. Oma slaapt beter als ik met de Simca naar mijn werk ga. Dat doe ik ook in de winter, want mijn vader heeft de auto van top tot teen ingespoten met ML.”

De woon-werkritjes verlopen vlekkeloos, maar telkens als er vriendinnen instappen, is er wat loos met de auto. “Uitgerekend de dag van ons schoolgala, toen er twee vriendinnen mee­reden, schoot de pook los van het koppelstuk naar de versnellingsbak. Direct stonden we gedrieën gebogen onder de motorkap om het probleem te verhelpen. Meestal los ik de problemen zelf op, soms met mijn vader onder de sneltoets. Zoals die avond dat ik de verlichting had laten branden. Accu leeg! Maar met pa als helpdesk hebben we hem weten aan te duwen. Dat werd een spannend ritje met vijf nerveuze meiden aan boord. Op die avond gaf ik de Simca zijn bijnaam Hulk, omdat het akkefietje zich op een weg met die naam afspeelde. Ook de knipperlichten en de ruitenwissers hebben kuren gehad. Erg onhandig in de regen. Eén keer is de Simca afgesleept toen de rotor kapot was. De wegenwacht had geen vervangend exemplaar, haha. Op dit moment houdt Hulk zich prima.”

Nieuw project dient zich aan

Staat er een nieuw project op stapel? Frida is daar nog niet zo zeker van. Inmiddels is ze niet meer alleen. “Mijn vriend heeft minder met oude auto’s. Hij is van de knopjes en gadgets in de auto en wordt op zijn wenken bediend, want door zijn baan als fietsmonteur bij een professionele wielerploeg heeft hij de beschikking over moderne, luxueuze auto’s. Toch rijdt hij graag met mij mee en nu hij de Simca onder de knie heeft, mag hij er – ná de rijproef bij mijn vader – mee rijden.”

Er wacht toch een oranje driedeurs 1100? “Daar zal ik een steentje aan bijdragen, maar lang niet in zo’n grote mate als met de groene 1100. Tegen die tijd heb ik andere besognes. Ik popel namelijk om ons nieuwe huis in te richten.”

Simca 1100

Lezersreacties (72)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.