PSA Groupe belicht CMP- en e-CMP-platform
Zeven EV's en acht plug-ins in 2021
Samen met zijn Chinese partner Dongfeng heeft het Franse Groupe PSA een nieuwe modulaire basis ontwikkeld, die het concern voor auto's tot het C-segment gaat toepassen. Waar het EMP2-platform voor modellen vanaf het formaat Peugeot 308 toegepast blijft worden, is de Frans-Chinese coproductie bedoeld voor auto's als de reeds gepresenteerde DS3 Crossback en straks voor de nieuwe generaties van onder meer de Peugeot 208 en de Opel Corsa. Het (e-)CMP-platform en de EMP2-basis zijn de enige twee platforms die Groupe PSA in de toekomst wil gebruiken. De volledig elektrische variant van het CMP-platform heet e-CMP.
Volgens Groupe PSA zijn zowel de EMP2-basis als het CMP-platform in hoge mate geschikt voor elektrificatie. Verwacht dus zowel (plug-in) hybriden als auto's met een benzine- of dieselmotor. Omstreeks 2021 moeten maar liefst zeven auto's van Groupe PSA op het e-CMP-platform staan. Zeven EV's dus. De DS 3 Crossback E-Tense is er daar één van en straks verschijnen ook elektrische versies van de nieuwe Peugeot 208 en de Opel Corsa. Alle EV's op het e-CMP-platform beschikken straks over een 136 pk sterke elektromotor en een 50 kWh tellend accupakket. De actieradius van al deze EV's zou op 300 tot 350 kilometer (WLTP) uit moeten komen.
Het PSA-portfolio zou tegen 2021 liefst acht plug-in hybrides moeten herbergen. De Peugeot 508 is reeds als plug-in gepresenteerd en ook van de DS 7 Crossback, Opel Grandland X en Citroën C5 Aircross verschijnen stekkervarianten. In 2025 moet het volledige modelaanbod geëlektrificeerd zijn.
CMP
Het CMP-platform is modulair en is dus in diverse formaten uit te voeren. Groupe PSA claimt auto's met twee verschillende spoorbreedtes en drie verschillende wielbases te kunnen ontwikkelen. Het concern stelt voorts op deze technische basis modellen specifiek voor markten als Zuid-Amerika en China te kunnen ontwikkelen. Ook het Chinese Dongfeng gaat het (e-)CMP-platform toepassen voor zijn modellen. PSA Groupe en Dongfeng hebben de ontwikkelingskosten van de nieuwe basis dan ook gedeeld.