Hiervoor zijn de drie oranje lampjes in de grille van een Raptor of TRX
Vijf op een rij
Amerikaanse pick-ups als de Ram 1500, Ford F-150 en Chevrolet Silverado zijn in Nederland bepaald geen zeldzaamheid. De grootste en stoerste versies van deze ‘trucks’ hebben vaak drie oranje lampjes in de grille, maar waarvoor zijn die eigenlijk?
Als het om autoverlichting gaat, kun je de wereld grofweg indelen in twee regio’s: Noord-Amerika en ‘de rest’. Hoewel achterlichten overal rood zijn en koplampen overal een wit-achtig licht op de straat schijnen, hebben ze in de VS, Canada en in mindere mate Mexico zo hun eigen ideeën over waar goede autoverlichting aan moet voldoen. Kenmerkend zijn de rode richtingaanwijzers die daar vaak worden gebruikt, niet zelden in de vorm van een remlicht dat gaat knipperen. Er zijn echter meer verschillen. Zo is elke voor de Amerikaanse markt bedoelde auto voorzien van zogeheten ‘side markers’. Iedere auto, groot of klein, moet aan de zijkant vooraan een oranje lampje voeren en achteraan een rode. Deze lampjes moeten ook nog reflecteren, wat verklaart waarom zelfs de modernste auto’s in de VS een oranjekleurig hoekje in de koplamp hebben.
Drie in het midden, twee op de hoeken
Toen Ford in 2010 de eerste F-150 Raptor presenteerde, een uiterst brute topversie, had die auto nog meer oranje lampjes dan we al van de F-150 gewend waren. Vijf meer, om precies te zijn: drie in de grille en twee extra markeringslichten onder de koplampen. Met name die lampjes in de grille zijn sindsdien kenmerkend gebleven voor de Raptor. Toch zijn ze niet uniek voor deze auto: elke vrachtwagen en (stads)bus in de VS heeft soortgelijke verlichting, vaak op het dak. Aan de achterzijde wordt hetzelfde patroon gevolgd, maar dan in het rood: twee bovenaan op de hoeken en drie geclusterd in het midden van het voertuig. Ook de grotere ‘heavy duty’-pick-ups hebben ze, eveneens meestal op het dak. De grote concurrent van de Ford F-150 Raptor, de Ram 1500 TRX, heeft ze eveneens. Hier zijn de lampjes aan de voorzijde op nog creatievere wijze weggewerkt: ze zitten in de enorme luchthapper op de motorkap, die als hoofdtaak heeft om de 711 pk sterke V8 van voldoende lucht te voorzien.
Lucht erin, licht eruit: bij de Ram TRX zitten de 'identification lamps' in de luchthapper op de motorkap
'Identification lamps' en 'clearance lamps'
Sinds de opkomst van de über-pick-up zien we die opvallende extra lampjes dus vaker in het straatbeeld, maar wat zijn het eigenlijk? Waarom zitten ze daar, en waarom heeft een Raptor ze wel, en een reguliere F-150 niet? Het antwoord is simpel: omdat een Raptor, net als de TRX overigens, breder is dan het basismodel. De officiële naam van de drie centraal geplaatste markeringslichten is ‘Identification lamps’. Hun doel is dus om in het donker aan iedereen duidelijk te maken dat hier een (zelfs naar Amerikaanse maatstaven) behoorlijk groot voertuig aan komt rollen. Dat acht de Amerikaanse wetgever noodzakelijk vanaf een breedte van 80 inch, ofwel 2,03 meter. De lampjes op de hoeken, die bij vrachtwagens en bussen op de hoeken van het dak zijn geplaatst, worden ‘clearance lamps’ genoemd. Ze komen bij diezelfde 80 inch in beeld en zijn dus onlosmakelijk verbonden met de centrale drie, maar hebben een ander doel: aangeven hoe breed het grote voertuig in kwestie precies is.
Traditioneel zit het 'setje van vijf' vaak op het dak. Toch geven ze niet de hoogte, maar juist de breedte van een voertuig aan.
Hoewel de wet stelt dat de centrale lampjes én de ‘clearance lamps’ ‘zo hoog als maar uitvoerbaar is’ moeten zijn aangebracht, komt Ford kennelijk weg met de plaatsing van die lampjes in de grille. Ook aan de achterzijde staat de wet kennelijk wat creativiteit toe, want hier treffen we de lampjes niet zelden boven of rond de kentekenplaat aan. In Nederland is de oranje verlichting aan de voorzijde overigens formeel niet toegestaan, want licht dat naar voren schijnt, moet hier wit zijn. In de praktijk wordt dit echter niet als een groot vergrijp gezien en komen bestuurders van zo’n pick-up of andere Amerikaanse gigant er vaak mee weg. Gelukkig maar, want dan kunnen we ook in Nederland tijdig een goed heenkomen zoeken als zo’n vierwielig monster dreigend op ons af rolt…