Engelse autoverkoop oktober op het laagste niveau sinds 1991
Chiptekort en pandemie
In het Verenigd Koninkrijk was oktober geen al te beste maand voor de autosector. De verkoop zakte met maar liefst 25 procent tot het laagste niveau sinds 1991. Niet geheel verrassend zijn het chiptekort en de pandemie de grote boosdoeners.
De vooruitzichten zijn niet al te best voor de Britse autoverkoop. Deze maand zijn er volgens de Society of Motor Manufacturers and Traders (SMMT) 106.265 nieuwe auto's op kenteken gezet, wat voor oktober het laagste niveau is sinds 1991. Aan het eind van het jaar verwacht de brancheorganisatie dat de totale verkoop uitkomt op 1,66 miljoen auto's. Ter referentie: dat is slechts 1,9 procent hoger dan vorig jaar, terwijl 2020 het jaar was waarin de coronamaatregelen een grote impact hadden op de productie en de verkoop.
Het zijn dit jaar dan ook niet zozeer de coronamaatregelen die het probleem vormen. Het chiptekort is de grote boosdoener. SMMT CEO Mike Hawes bevestigt tegenover Autonews Europe dat de huidige verkoopcijfers de problemen in de productieketens van fabrikanten reflecteren, maar ook het gevolg zijn van de stijgende inflatie, hogere belastingen en een daling van het consumentenvertrouwen. Overigens heeft niet alleen de Britse automarkt te maken met een forse daling. Andere grote markten in Europa worden net zo goed geraakt, met forse dalingen voor Italië (-36 procent), Duitsland (-35 procent), Frankrijk (-31 procent) en Spanje (-21 procent).
De Volkswagen Polo was in oktober de bestverkochte personenauto in het VK. Volkswagen noteert van alle merken ook het hoogste verkoopcijfer met 9.052 exemplaren. BMW komt op de tweede plek met 7.778 auto's, terwijl Kia de laatste plaats op het erepodium inneemt met 7.436 auto's. Mercedes-Benz en Audi nemen de vierde en vijfde plaats in met respectievelijk 6.856 en 6.841 auto's.