Eerste indrukken Jaguar X-type
Bij de ontwikkeling van de nieuwe, kleine Jaguar had het merk een belangrijke opdracht: de auto zou er één moeten worden die juist qua dynamiek een nieuwe groep klanten moet aanspreken. Die uiteraard qua uitstraling en gevoel een echte Jaguar moest zijn en geen opgeleukte Ford. Tijdens de introductie in Frankrijk deden we onze eerste ervaringen op.
Door Henny Hemmes
't Is natuurlijk geen gemakkelijke opgave voor een autofabrikant om een nieuwe, kleinere auto te bouwen dan je ooit hebt gemaakt, die bovendien een nieuwe, grotere groep klanten moet aanspreken dan je ooit hebt bediend. Maar dat is precies wat Jaguar zich ten doel had gesteld bij de ontwikkeling van de baby Jag. De X-Type moet in de toekomst immers Jaguar's productie van 100.000 tot 200.000 exemplaren per jaar opschroeven.
Het merendeel van de X-Type kopers zal behoren tot een nieuwe groep klanten die misschien ooit wel eens naar een Jaguar hebben gekeken, maar waarvan de prijs te hoog gegrepen was, of die niet bij hun levensstijl paste. Met andere woorden: de X-Type is bedoeld voor kopers van de topversies van de Audi A4, BMW 3-serie en de Mercedes C-klasse. Maar deze kopers verwachten natuurlijk geen mooi uitgedoste voorwielaangedreven Ford Mondeo, waarvan de bodemplaat is gebruikt voor de X-Type.
De eerste generatie van de Mondeo was de Europese versie van Ford's zogenaamde 'wereldauto', die in Amerika als Contour op de markt is gekomen. Van de tweede generatie Mondeo, die afgelopen herfst werd geïntroduceerd komt geen versie voor Amerika. Moet de nieuwe Jaguar die plaats gaan innemen? Financieel gezien zou dat geen onlogische stap zijn, want alle Jaguars zijn 'wereldauto's' die voldoen aan de eisen van alle exportlanden. Maar dan is het voor Jaguar wel zaak zijn nieuwe model, aanvankelijk aangeduid met codenaam X400, genoeg te distanciëren van de Mondeo.
In het segment van de kleinere luxe auto's is de snelste groeier van de duurdere klasse (sinds 1995 bijna verdubbeld) moest Jaguar dus de lat wel hoog leggen. 't Is dus geen wonder dat de BMW 3-serie het grote voorbeeld is.
Om aan de verwachtingen te voldoen die men zal stellen aan de prestaties, gebruikt Jaguar twee V6-motoren, een 2,5-liter met 194 pk en een maximum koppel van 244 Nm bij 3000 tpm en een 3-liter V6 met 231 pk en 284 Nm, eveneens bij 3000 tpm. Beide varianten zijn afgeleid van de krachtbron in de S-type. Voor een sportief weggedrag heeft Jaguar een vierwielaandrijving ontwikkeld, Jaguar Traction-4, waarmee alle versies van de X-Type standaard worden uitgerust.
Op de weg
Tijdens onze eerste testrit met de X-Type in de buurt van Dijon in Frankrijk konden we al snel een mening vormen en om maar met de deur in huis te vallen: we zijn behoorlijk onder de indruk. De toepassing van 4WD mag dan ongebruikelijk zijn, maar het is wel een slimme zet.
De gewichtsverdeling is 60/40 vóór/achter, maar het koppel wordt 40/60 vóór/achter verdeeld. De Jaguar technici zeggen dat dit de beste balans oplevert voor de veiligheid en voor een dynamische rij-eigenschappen. De auto verliest geen tractie, zelfs niet op het natte asfalt van het kronkelende parcours door het heuvelachtige gebied, waar je bijna niet merkt dat je ver en ver boven de snelheidslimiet rijdt. De snelheidsafhankelijke besturing reageert zeer gewillig en geeft betrouwbare informatie.
Er is een basis X-Type, die precies doet wat je van de nieuwe Jaguar verwacht: hij geeft een goeie mix tussen comfort en een betrouwbaar weggedrag. Maar voor een sportiever geviel is er een Sport pakket met grote Brembo-remmen en 17-inch wielen. Hoewel de basis 2.5 een fijne auto is, zouden wij persoonlijk kiezen voor de stijvere sportvering.
Beide motoren zijn beschikbaar met de Ford MTX75 vijfversnellingsbak, of een nieuwe vijftraps automatische transmissie met een normale en een sportstand. De minder krachtige 2.5 is beter af met de vijfbak, terwijl de 3-liter zeer goed uit de voeten kan met de electronisch geregelde automaat, die nauwelijks merkbaar schakelt en waarmee de sprint slechts een halve seconde langzamer wordt afgelegd. En zeg nou zelf: wie racet er bij elk stoplicht dat op groen sprint nu volgas weg? De acceleratietijden van 0-00 km/h van de 3-liter automaat, vergeleken met die van de 5-bak zijn respectievelijk 7,5 en 7,0 s. Die van de 2.5 zijn respectievelijk 8,9 en 8,0 s. De topsnelheden liggen tussen de 220 en de 235 km/h.
Binnenin
Het interieur van onze grijze testauto is ruim en ziet er met zijn rood/zwarte leren bekleding, gecombineerd met grijs gelakt hout aangenaam uit. De stoelen in de sport-versie verschaffen voldoende zijdelingse steun en zijn op vele manieren instelbaar. En natuurlijk is de X-Type uitgerust met allerlei accessoires voor comfort en veiligheid, zoals voor- en zij-airbags en raamairbags die de inzittenden vóór- en achterin beschermen. Moderne accessoires als spraakgestuurd navigatiesysteem/airco/audio en een trip computer met een boodschappenfunctie en een TV tuner (in combinatie met het navigatiesysteem) zijn als optie beschikbaar, net als een regensensor, verwarmde voorruit en stoelverwarming.
Vanaf 31 mei staat de nieuwe X-Type bij de Nederlandse dealers. Jaguar hoopt dit jaar nog 420 X-Types te verkopen, terwijl dat aantal in 2002 op ongeveer 1000 exemplaren zal moeten uitkomen.
Prijzen Jaguar X-Type
2.5 V6 f 88.000
2.5 V6 Sport f 97.400
2.5 V6 Executive f 99.900
3.0 V6 Sport f 106.600
3.0 V6 Executive f 109.400
Een uitgebreide rij-impressie staat deze week in AutoWeek nr. 20.