Citroën Dyane

Zoals de Mini Clubman de gewone Mini zou moeten vervangen, zo werd de Citroën Dyane in 1967 aangekondigd als opvolger voor de 2CV. Als 'eend van de toekomst', zeg maar. Motor en versnellingsbak waren afkomstig van de Ami 6 (en dus eigenlijk ook van de 2CV) en net als die auto moest de Dyane vooral de concurrentie met de Renault 4 aan gaan. Dat was dan ook de voornaamste reden van zijn vijfde deur.

Belangrijke eis van Citroën was dat hij op dezelfde productielijn als de 2CV zou kunnen worden gebouwd, en dus mocht de opvolger ook weer niet ál te veel afwijken van het origineel. De vlakke deuren van de 2CV verdwenen, niet alleen uit stilistisch oogpunt, maar vooral ook om ze steviger te maken. Het liefst had Citroën ze bol gemaakt, maar omdat de eerdergenoemde 2CV-lijn dat qua breedte niet aankon, werden ze dus maar hol. Het was ook de bedoeling dat de Dyane vierkante koplampen kreeg, maar ook dat bleek te duur. De oplossing was eenvoudig: de ronde koplampen - nu in, in plaats van op de spatborden gemonteerd - werden afgewerkt met een vierkante sierlijst.

Van 1967 tot en met 1984 werden er ruim 1,4 miljoen Dyanes gebouwd, maar dan laten we Acadiane nog buiten beschouwing. Van die bestelvariant werden er nog eens een royale 250.000 aan de man gebracht. Een echte opvolger van de 2CV werden zowel de Dyane als de Acadiane niet, want de Deux Cheveaux bleef al die tijd ook nog gewoon te koop, en zelfs ruim er na nog. Pas in 1990 viel het doek definitief voor die Citroën.