Rolls-Royce Camargue

Een Rolls-Royce is altijd iets bijzonders, zeker wanneer het design voor rekening komt van de Italiaanse meester Pininfarina. De tweedeurs Camargue uit 1975 is op zijn minst eigenaardig te noemen, het design breekt radicaal met de tot dan toe bij het edelmerk heersende ronde vormen.

Met een imposante lengte van 5,17 meter is hij even lang als de limousines van Rolls-Royce; verder is de Camargue echter breder en lager. Onderstel en motoren wijken nauwelijks af van de limousines. Een bijzonder detail vormt de airco, die separate koelunits heeft voor boven- en onderzijde van de interieurruimte. Sensoren in interieur en kofferruimte controleren de temperatuur binnen en buiten de auto en houden aan de hand daarvan een ingestelde temperatuur constant.

De carrosserie wordt gebouwd bij Mulliner Park Ward in Londen, waarna Rolls Royce de auto afbouwt in Crewe. De 6,7-liter V8 heeft zoals gebruikelijk bij Rolls Royce, dat geen melding doet van het aantal pk's 'voldoende' vermogen en is gekoppeld aan een drietraps automaat. De productietijd van één auto bedraagt maar liefst zes maanden. De Camargue blijft tot 1987 in productie; er worden slechts 534 exemplaren gebouwd, die grotendeels naar klanten in de USA en Groot-Brittannië gaan.