Toyota Mirai (2021) - Blits Bezit van eigenaar die ook Saab 99 Turbo en Volvo 242 GT heeft

Waarom heb je een Toyota Mirai gekocht?

“Waarom ik een Mirai heb gekocht?”, vraagt Jan-Willem Geurts (45) zich hardop af. “Nou gewoon, omdat het een logische volgende stap is na mijn vorige auto, een Volvo V60 D6 plug-in- hybride.” Voor Jan-Willem is de logica onwrikbaar. Hij heeft lang en goed nagedacht voor hij zijn handtekening zette onder het koopcontract voor een gebruikte Toyota Mirai. Maar dan nog: waarom waterstof? Waarom niet elektrisch?

Kostbaar en niet leuk

“Heel simpel, elektrisch rijden is kostbaar en niet bijzonder”, stelt Jan-Willem. "Bovendien woon ik in een buurt met oude huizen en een verouderd elektriciteitsnet. Ik zag het al helemaal voor me hoe ik mijn nieuwe EV inprikte op het stroomnet en in mijn woonkamer en die van de buren het licht uitging. Waterstof leek me bijzonder interessant en ik woon vier kilometer van een pompstation af. Op dat moment organiseerde de KNAC een kennismakingsactie, waarmee leden een maand lang rijden in een Mirai konden winnen. Ik schreef me in en won. Zodoende kon ik een maand lang kennismaken met de Mirai. Er ging toen een wereld voor me open.”

He-le-maal niets met Toyota

Hoewel Jan-Willem een autoliefhebber in hart en nieren is, zegt hij dat Toyota hem altijd volkomen koud liet. “Met Toyota had ik niets, echt he-le-maal niets. Oude Engelse auto’s vind ik fantastisch. Ik denk nog met ontzettend veel plezier terug aan de Range Rover die ik had. Wát een auto was dat! En Zweedse auto’s vind ik ook fantastisch. Die V60 mis ik nog steeds een beetje, ik heb een Volvo 242 GT die nog van mijn grootvader is geweest en de Saab 99 Turbo die ik nog niet zo lang geleden kocht, is een absoluut iconische auto. Maar Toyota? Nee, die maand met de Mirai was mijn eerste kennismaking met het merk. Die smaakte wel naar meer.”

Knoop doorgehakt

Die maand zorgde ervoor dat Jan-Willem de knoop doorhakte: hij wist zeker dat hij waterstofrijder zou worden en dat zijn waterstofauto een Toyota Mirai zou worden. En wat wil het toeval? “Ik woon drie kilometer van een showroom vol gebruikte Toyota Mirais”, grijnst hij. Die showroom is van de Eindhovense ondernemer Jos van Stratum, die in 2020 in AutoWeek al vertelde over zijn rotsvaste geloof in de waterstofauto in het algemeen en de Toyota Mirai in het bijzonder. Het duurde niet lang voor Van Stratum Jan-Willem wist te overtuigen dat je met een Mirai ook op de langere termijn geen problemen hoeft te verwachten. “Ik had toen ook al wel begrepen dat de techniek van zo’n Mirai toch wel heel interessant is”, zegt Jan-Willem. “Kijk, als liefhebber hoor ik nog steeds liever een dikke zes- of achtcilinder, maar als ik heel eerlijk ben, heb ik dat voor de 40.000 zakelijke kilometers die ik rij niet echt nodig. Vaak heb ik een cliënt naast me zitten of anders zit ik te bellen. Dan is elektrisch rijden prima, en waterstof een heel interessant alternatief. Je hoeft niet aan de lader, maar kunt gewoon tanken. Eigenlijk lijkt het op lpg rijden, wat ik nog ken van mijn Range Rover.”

Water als enige uitstoot

Om een lang verhaal kort te maken: Jan-Willem kocht bij Ebby Road een Mirai. Om precies te zijn een exemplaar uit 2021, in de kleur Heavy Metal, met nog maar net een dikke 5.000 kilometer op de teller en een overvloed aan luxe aan boord. Van stoelverwarming tot DAB+ en van een zijdezachte cvt-automaat tot even zo comfortabel leer op de stoelen. Het mooiste vindt Jan-Willem de befaamde H2O-knop op het dashboard, waarmee de Mirai zijn ‘uitstoot’ – water – de vrije loop laat: “Een auto met water als enige uitstoot, het is toch fantastisch dat dat gewoon kan? En dat Toyota erin slaagt om dat stijlvol en betrouwbaar op de weg te krijgen? Een Mirai is niet goedkoop, maar wát een indrukwekkende techniek!”

Gooien en smijten

Na enkele maanden met de Mirai is Jan-Willems kijk op Toyota helemaal veranderd. “Ik heb nu al groot respect voor Toyota”, zegt hij. “Deze Mirai is namelijk niet alleen ontzettend mooi, hij rijdt ook vreselijk fijn. Geruisloos en moeiteloos, maar als je wilt, kun je er – ondanks zijn formaat – ook lekker mee gooien en smijten. Hij zit vol met opties die allemaal prima werken en de gewichtsverdeling is gewoon goed. Rijden in de Mirai voelt gewoon als echt autorijden. En als je dan weet dat Toyota gewoon tien jaar garantie geeft op zo’n auto, dan kun je niet anders dan bewondering voelen. Ik schaam me niet om toe te geven dat ik Toyota inmiddels een ontzettend gaaf merk vind. Ik zou wel naar Japan willen!”

Moet beter

Zoals gezegd woont Jan-Willem maar een paar kilometer van een waterstoftankstation. Dat is een cruciaal voordeel en dat realiseert hij zich terdege. “Meestal kan ik prima uit de voeten, omdat ik vlak bij huis kan tanken. Er is een speciale H2-app voor waterstofrijders en we hebben ook een regionale appgroep, waarin ook de uitbaters van het waterstofstation zitten. Dat kampt helaas wel eens met technische problemen, maar die mannen reageren altijd razendsnel en ze informeren ons prima. Voor mij werd het pas lastig toen ik laatst voor mijn werk naar Besançon moest. Dat kun je met een Mirai dus gewoon vergeten. Gelukkig hebben we nog andere auto’s, maar het is raar dat je in Frankrijk nergens waterstof kunt tanken, behalve in Parijs, terwijl het in Duitsland haast op elke straathoek lukt. Dat zou toch beter moeten kunnen?”

Vaak zijn waterstofrijders ook nogal begaan met het milieu. Speelt dat bij Jan-Willem – een zelfverklaard liefhebber van Range Rovers – ook nog een rol? Dat blijkt een pijnlijke vraag. “Ik vind dat je je zakelijke kilometers klimaatneutraal moet rijden als dat kan”, zegt hij. “Net zoals ik vind dat je spullen moet hergebruiken. Ik heb een stichting opgezet, Sports for Children, die oude sporttoestellen van scholen in Nederland inzamelt, repareert en schenkt aan scholen in landen waar ze die goed kunnen gebruiken. Met onze opgeknapte sporttoestellen kunnen we kinderen in Oost-Europa en bijvoorbeeld India weer laten sporten.”

Range Rover in vlammen op

Je zou dus kunnen zeggen dat hij heel erg begaan is met de wereld om hem heen. Helaas ziet niet iedereen dat zo. Knarsentandend vertelt hij wat hem vorig jaar overkwam, toen hij nog een twintig jaar oude Range Rover op zijn oprit had staan. “Midden in de nacht is mijn Range Rover in brand gestoken en heeft iemand het logo van een bekende milieubeweging op de gevel gestoken. Jammer genoeg hebben ze niet nagedacht over het feit dat de auto naast de voordeur stond, of ze hadden er geen boodschap aan. Dus ook onze woning vatte vlam en kon maar net op tijd worden geblust”, aldus Jan-Willem. Diezelfde nacht gingen er nog twee SUV’s in Eindhoven in vlammen op. Zijn stad haalde die dag zelfs het landelijke nieuws en hoewel Jan-Willem benadrukt dat hij niet door intimidatie in een Mirai is beland, speelt die nacht nog altijd in zijn gedachten. “Dat is geen intimidatie meer, maar ronduit een poging tot doodslag”, zegt hij. “En dat omdat iemand een auto heeft die je niet leuk vindt? Daar kan ik echt met mijn verstand niet bij. Dat gaat niet één, maar honderd stappen te ver. Dit had er niet aan vooraf mogen gaan, maar ik ben blij met mijn Mirai en ik wil er nog lang in rijden. Ik vaar mijn eigen koers, ik rij op waterstof voor het milieu, maar vooral voor mijn plezier.”

Zelf stroom maken

Terwijl de hele wereld elektrisch rijden omarmt, zag Toyota waterstof als oplossing om het grote publiek uitstootvrij te laten rijden, zonder zorgen over de actieradius. De Mirai werd in 2014 geïntroduceerd, maar toen had de waterstoftechniek van Toyota al een ontwikkelingstraject van ruim twintig jaar achter de rug. De Toyota Mirai is een elektrische auto, maar de elektriciteit die hij gebruikt, komt niet uit een laadpaal. De Mirai maakt zijn stroom zelf, uit een chemische reactie tussen zuurstof en waterstof. Het resultaat is een auto die ruim 600 kilometer ver komt op één tank en die water uitstoot. Wat uit de uitlaat van een Toyota Mirai komt, zou je gewoon kunnen opdrinken. De techniek werkte al vanaf het begin feilloos. De Mirai werd alleen gehinderd door zijn niet al te fraaie uiterlijk en door het feit dat waterstof tanken in de meeste landen niet tot nauwelijks mogelijk was. O, en de prijs natuurlijk, want die was ook niet mals. In 2021 kwam Toyota met de tweede generatie van de Mirai. De prijs was nog steeds niet mals, maar de Mirai was ineens geen lelijk eendje meer. Tanken blijft nog steeds een probleem, maar als het kan, is het in een paar minuten gepiept en kun je weer honderden kilometers rijden. Geen BEV die daaraan kan tippen. De Toyota Mirai is mooi volwassen geworden en rijdt uitstekend. Was hij maar iets bereikbaarder en was de infrastructuur maar beter. Dan zou de wereld er heel anders uitzien.