Porsche Boxster

Je zult maar een Porsche sportwagen zijn en geen 911 heten…het moet een beetje voelen alsof je het jongere broertje van Lionel Messi bent. Hoe goed je ook kunt voetballen, altijd is er maar dat leven in de schaduw van je befaamde broer. Zo moet de Boxster zich al zestien jaar voelen. Komt het er na twee generaties eindelijk van dat de roadster met middenmotor wel de credits krijgt die hij al zo lang verdient?

Voordat de Boxster S mag laten zien wat hij allemaal kan laten we eerst het uiterlijk op ons inwerken. Natuurlijk er zit een duidelijke verwantschap in met de Elfer maar de overeenkomsten zijn lang zo groot niet als bij de eerste Boxster en de 911 Cabrio van die tijd, generatie 996. Kwam er een Boxster of een 911 je tegemoet rijden dan moest je echt twee keer kijken. Over familieband gesproken, de enige twee plaatwerkdelen die de nieuwe Boxster anno 2012 met zijn grotere broer deelt zijn de kofferklep (in de neus dus) en de buitenspiegels. De ontwerpers hebben er designelementen van de 918 Spyder ingestopt maar ook naar de allereerste conceptcar voor de eerste Boxster, een Harm Lagaay-creatie uit 1993, werd nog eens goed gekeken. Knalgele lak, 20 inch wielen, best een dikke auto die Boxster S.

Veelzijdig karakter

Gelukkig kan het stuur ver naar de bestuurder toe, dat was in het verleden bij Porsches wel eens anders, de zit is diep en vanuit het dashboard loopt de middenconsole tot ver tussen de voorstoelen. Het geeft je meteen dat lekkere sportwagengevoel. Links van de keuzehendel voor de automaat met dubbele koppeling zien we de knoppen met opschriften Sport, Sport Plus, een knop met daarop een demper en aan de andere kant onder meer een knop voor het uitschakelen van het start-/stopsysteem. Zodra de 315 pk sterke 3.4 op temperatuur is kiezen we voor knop nummer 2. De laagst mogelijke versnelling wordt ingeschakeld, een ongekend felle rasp vanuit de uitlaat en de toerenteller staat boven het getal vier. Het gaspedaal gaat naar de bodem en boven de 5.500 lijkt de motor er nog even een tandje bovenop te doen, net na 7.500 toeren begint het rode gebied op de toerenteller en kadeng. De bak ramt 'm werkelijk in de volgende versnelling. Het voelt haast alsof je met een sequentiële racebak met rechte vertanding rijdt. Wat een extremisme, al is het altijd de auto zelf die besluit over te schakelen. Er zijn ook merken die ervoor kiezen de auto in een dergelijke fanatieke modus niet zelf te laten schakelen zodat je als bestuurder het heft in handen houdt. Maar zelfs in Sport Plus, schakelt de transmissie indien de techniek dat nodig acht, zelf terug en op. Het moet gezegd, je kunt hier zelf niet tegenop flipperen. Wat voelt de bak goed aan wat hij moet doen. De bergachtige wegen ten noorden van St. Tropez lijken op kronkelende serpenten van asfalt. De Boxster S staat helemaal scherp en voelt zich er prima thuis. Aan dat strakke gevoel dragen ook de variabele motorophangingspunten bij. Een noviteit voor de de Boxster (op de 911 bestond het al). Door een druk op de knop worden die stijver, motor en koets worden nog meer een. Uiteraard gaat in Sport Plus ook de demping op standje superstrak. Deze stand heb je alleen nodig als je op het circuit rijdt of wanneer je je helemaal uit wil leven op een bergweg. Neem van ons aan, in de positie Sport wisselt de bak vriendelijker van verzet, nog altijd razendsnel maar je komt dan tenminste niet met een hoogtoerig jankende boxer aanrijden. Het komt nogal intimiderend over op omstanders! Laat je beide sportstanden voor wat ze zijn dan is de demping weliswaar straf maar verder gedraagt de Boxster S zich als de ideale schoonzoon. De transmissie staat bij lichtvoetig strelen van het gaspedaal al bij 70 km/h in de zevende versnelling, als het effe kan staat de toerenteller zo ver mogelijk links in de hoek, bij uitrollen wordt de motor zelfs in een soort vrijloop gebracht en dankzij de start-/stoptechniek aan schakelt de motor uit zodra je stilstaat.

Torque Vectoring

Toch gaan we graag nog even terug naar dat fanatieke karakter van de Boxster S. Torque Vectoring helpt hem bochten nog harder te ronden. Wat blijft die achterpartij in het gelid en dat komt mede door de elektronica. Op de achteras zit nu geen mechanisch sperdifferentieel meer, zodra je instuurt, wordt het binnenste achterwiel geremd waardoor meer aandrijfkracht naar het buitenste gaat. De grens ligt zo ontzettend ver weg. Wil je deze kont nog omkrijgen dan moeten alle elektronische beschermengelen uit, en moet je ontzettend lomp gaan forceren. Meer gevoel zou de besturing nog fijner maken, je kunt de Boxster met de elektromechanische besturing desondanks prima plaatsen. Beweeg je met je grote rechterteen over je schoenzool dan hoor je de direct achter je geplaatste motor al reageren.

Op de Nordschleife zet de Boxster S een tijd van 7:58 minuten neer en da's 12 seconden sneller dan de vorige Boxster S.

Zou je de nieuwe Porsche met twee woorden moeten beschrijven dan slaan de termen direct en lichtvoetig de spijker op de kop. Een Boxster S met handbak weegt maar 1.320 kilo, de versie met PDK 30 kilo meer. Dat komt mede door het gebruik van aluminium, waaruit de carrosserie voor 47 procent bestaat. In de kap zit het materiaal ook, net als magnesium en over het dak ligt in opgevouwen toestand geen afdekplaat. Allemaal kilo's die de Porsche niet mee hoeft te zeulen, dergelijk materiaalgebruik en maatregelen zoals directe inspuiting en start-stoptechniek, zorgen ervoor dat de Boxster 15 procent zuiniger is dan zijn voorganger.

De Boxster S beschikt net als de vorige met die toevoeging over een 3,4 liter metende platte zescilinder. Hij heeft 5 pk meer, het koppel van 360 Nm bleef gelijk. De instapversie van de Boxster levert juist cc's in. Die doet het nu met een 2,7-liter zescilinder boxer, waar voorheen een 2.9 in actie kwam. Desondanks levert hij met 265 pk tien pk meer.

Verstevigd

De Boxster heeft zijn eigen plekje in het Porsche-gamma verder verstevigd. En als roadster onderscheidt hij zich in het segment duidelijk van de Mercedes SLK en de BMW Z4. Van het Duitse trio is de Boxster by far de meest fanatieke sportwagen, zeg maar gerust de meest mannelijke. Dat hij onderhuids 50 procent van de componenten deelt met de 911 maakt hem zeker geen poor mens-alternatief voor een 911 Cabrio en dat hij met zijn middenmotor een betere configuratie heeft dan de Elfer met zijn boxermotor helemaal achterin maakt hem er ook niet minder op. Toch zal een Boxster altijd zijn meerdere moeten erkennen in de meest legendarische Porsche. Daarin klinkt de rasp net altijd wat luider en is de sensatie nog wat heftiger, de 911 blijft meer karakter houden. Aan een kant best jammer, want de Boxster S die wij reden zou met gemak meer dan 350 pk aankunnen. Laat dat nou net het 'instapvermogen' zijn van zijn grote broer!