Test: Hyundai Atos Spirit 1.0i SLX (2002)

Wij kunnen het ook niet helpen dat de kleinste auto's die op onze wegen rondrijden soms boodschappenautootjes of winkelwagentjes worden genoemd. De kleintjes zijn nu eenmaal vaker de tweede auto in een huishouden en daardoor makkelijker inzetbaar voor taken als het boodschappen doen en het naar school
brengen van de kinderen.
In het segment van de subcom-pacte auto's kom je ook modellen tegen die met een klein beetje goede wil echt bij de MPV's ingedeeld kunnen worden. Ze hebben een hoge opbouw en je zit ook hoger dan in een 'gewone' personenauto. Een vertegenwoordiger van dat type is de Hyundai Atos.

Mini-prestaties?
De 1,0 liter viercilinder motor van de Atos levert 43 kW/58 pk bij 5.700 tpm en ontwikkelt een koppel van 84 Nm bij 3.250 kruk-asomwentelingen. Daarmee zit de Atos 1.0 bij 142 aan z'n top. Niet zo vreemd, gezien het vermogen en de hoge, 'luchtweerstandige' koets. Ook de acceleratie van 0-100 km/h en de inhaalsprint van 80-120 km/h zijn niet indrukwekkend. Nu moeten we toegeven dat het vermogen om vlot weg te kunnen komen in deze klasse nou niet zo'n belangrijk punt is. Over de 15,1 s die de Atos Spirit 1.0i – volgens de folder – nodig heeft om van nul naar honderd op te trekken, zal niemand moeilijk doen. Alleen, onze Atos deed het nóg kalmer aan. Het vergde meer dan 17 tellen om de 100-km-grens te bereiken.

Geen oase van rust
Als hij alles uit de kast moest halen, bleek de krachtbron van de Atos ook niet bepaald stil wanneer het plankgas ging. De geluidsmeter liet zien dat ook bij constant snelwegtempo het interieur van de Alto bepaald geen oase van rust is. Kortom, een nogal rumoerig karretje. Erg dorstig is hij niet. Tijdens onze test kwamen we op een keurig verbruik van 1:15,2.
Nu we toch onderweg zijn; hoe rijdt het eigenlijk? Aan boord van de kleine Koreaan krijg je al gauw te maken met onderstuur als je wat (te) snel bent met het bochtenwerk. Aan de andere kant spreekt het weer in het voordeel van de Hyundai dat je aan snellere bochten toe kunt komen. Hij heeft immers een hoge carrosserie en je zit er ook vrij hoog in. Dan valt het des te meer op als de koets gaat overhellen. Alleen, hij helt nauwelijks over. Dat is alleen maar mogelijk als de vering stevig is en dat kan weer ongunstig uitwerken op het comfort. Maar Hyundai heeft dat comfort aardig op peil weten te houden. De Atos is niet zo springerig als andere kleine auto's, hij ligt degelijk op de weg. Met de besturing en het schakelen is het zo'n beetje van hetzelfde laken een pak. Je zult ons niet horen beweren dat de Atos scherp stuurt of schakelt, maar het kan stukken slechter.

Simpel
Het dashboard van de Hyundai Atos ziet er wat simpel uit. Zo is een bijrijdersairbag niet standaard. Daarvoor moet worden bijbetaald. Rechts in het dash vind je een opbergvak. Links van het stuur zit ook zo'n vak; maar dan kleiner. Portiervakken – lang en smal – krijgt de Atos ook mee én bekerhouders voor de pook. De voorstoelen van de Hyundai zijn wat redelijk van formaat gezien de afmetingen van de auto en je zit relatief ruim. In de Koreaan is rekening gehouden met drie achterpassagiers. Van de drie veiligheidsgordels is de middelste een heupgordel. Geen derde driepuntsgordel dus, en ook geen derde hoofdsteun. De beenruimte achter houdt niet over; met de hoofdruimte is het beter gesteld. En de bagageruimte? Nou, die kan er aardig mee door. De laadruimte zit op een prettige hoogte, je hoeft niet in bochten te wringen; eigenlijk gaat het van een leien dakje. Boodschappen gaan er riant in: twee kratjes bier en 'n stel tassen.
En hoe wordt er gescoord op het onderdeel 'uitrusting'? Dit 'winkelwagentje' is standaard uitgevoerd met centrale portiervergrendeling en elektrisch bediende zijruiten vóór. De vijf portieren zijn trouwens ook bij de prijs inbegrepen.
Door zijn MPV-lijn is de Atos ruim in de mini-klasse. Ook zijn goede rijgedrag pleit voor 'm. De prestaties vallen tegen, maar de meeste kopers in deze klasse zal dat waarschijnlijk niet veel kunnen schelen. Leuk karretje.