Nio in China: totale gekte en grenzeloze ambities
Een kijkje voor en achter de schermen
In Nederland speelt het Chinese Nio een rol in de marge en zelfs in het thuisland is het naar verhouding niet zo groot. Maar op de thuismarkt in China denkt het bedrijf wel heel groot, in diverse opzichten. Daar blijkt Nio bovendien veel meer te zijn dan slechts een autofabrikant.
De kans is best groot dat je het Chinese merk Nio wel kent. Dat is eigenlijk best bijzonder, want Nio heeft in ons land nog niet veel auto’s verkocht. Krap zeshonderd stuks. Daarvan moet Nio het qua naamsbekendheid dus niet hebben. Maar des te meer van eigenzinnige keuzes, zoals het wisselen van accu’s bij speciale wisselstations en de vrolijk op het dashboard rondkijkende spraakassistente Nomi. Leuk, maar uiteindelijk moeten er gewoon auto’s worden verkocht. Dat doet Nio met enig succes in thuisland China. Toch is het ook voor Chinese begrippen nog een kleine speler. Wereldwijd verkocht Nio in 2024 bijna 222.000 auto’s, terwijl Xiaomi met slechts één piepjong model in het gamma bijvoorbeeld al 135.000 auto’s verkocht. Het contrast met BYD is helemaal groot: dat verkocht afgelopen jaar dik 1,7 miljoen elektrische auto’s wereldwijd en in totaal 4,3 miljoen auto’s. Daar moet wel bij worden gezegd dat Nio zich nog niet zo zeer richt op de hoeken van de markt waar de grote aantallen te halen zijn. Dat gaat veranderen, zo ontdekken we in China. Nio zet van alles in de steigers om een autofabrikant van formaat te worden.

In dit stadion in Guangzhou vindt Nio Day 2024 plaats.
Totale gekte
Daags voor kerst sluiten we in de Zuid-Chinese metropool Guangzhou aan in een lange rij voor het Haixinsha Asian Games Park. Hier vindt het jaarlijks terugkerende evenement Nio Day deze keer plaats. Het is meteen duidelijk dat er behoorlijk wat animo voor is. De boel rondom het stadion is hermetisch afgesloten met één politieagent per twee meter, er is een dubbele controle voordat je binnenkomt en eenmaal binnen word je bijna onder de voeten gelopen door uitzinnige Chinezen. Als er een concert van Taylor Swift was, zouden we het ook geloven.
Afgaande op de gekte rond Nio Day zou je niet zeggen dat er dat jaar slechts één Nio per 641.000 Chinezen is verkocht. Het lijkt wel alsof Nio al decennia verweven is met de Chinese bevolking. Waarom komen hier anders zoveel enthousiaste mensen op af? Er lopen complete gezinnen rond, soms zelfs met kinderen die een Nio-shirtje dragen. Zelfs als je zelf een Nio rijdt, lijkt het toch een behoorlijke stap om je jonge kroost mee te slepen naar een evenement dat toch vooral in het teken staat van autonieuws.

Nio Day 2024.
Na een tijdje wordt echter duidelijk dat het hier om veel meer draait. Er staan overal rond het stadion kraampjes, waar zogenoemde Nio Users (mensen met een Nio) gratis spullen kunnen verkopen. Nio zelf verkoopt ook van alles en soms staan er dikke rijen voor de Nio-merchandise. Nio Day blijkt grotendeels te worden gedragen door duizenden Nio-vrijwilligers. Jazeker; zo’n 21.000 Chinezen zijn op de ene of de andere manier als vrijwilliger aan het merk verbonden. We zien hier een cultuurverschil met ons nuchtere Nederland. Dat wordt nog duidelijker als de show in het stadion eenmaal begint.

Er komen complete gezinnen op de Nio Day af
De meester spreekt
William Li, oprichter en topman van Nio, laat nog wel even op zich wachten. Eerst is het de beurt aan onder meer de ‘Nio-band’ om enkele nummers ten gehore te brengen. Jazeker, Nio heeft een eigen band. De liedjes gaan niet zomaar over liefde of het leven, maar over hoe die verweven zijn met het rijden in een Nio. John Ewbank, eat your heart out. Na een tijdje zien we tot onze opluchting toch echt William Li het podium betreden, waar hem een onthaal van het publiek wacht alsof er zojuist een popster is verschenen. Li krijgt het stadion echter muisstil bij de presentatie van Nio’s nieuwe vlaggenschip: de ET9. Die auto werd vorig jaar tijdens Nio Day al getoond, maar nu zijn alle details bekend en is de ET9 er echt klaar voor. Als we zeggen ‘alle details’, dan bedoelen we ook echt álle details. De Nio-baas geeft een presentatie van pakweg een uur over de ET9 en laat daarin bijna geen aspect onbenoemd. Het is duidelijk dat de presentaties van Steve Jobs en later Elon Musk model hebben gestaan voor wat Nio hier doet. Er is één groot verschil: hier is veel meer spektakel rondom het werkelijke nieuws.
Het grootste nieuws van de avond is de lancering van het nieuwe submerk Firefly. Dat wordt lager in de markt gepositioneerd en daardoor hoopt Nio grotere aantallen te verkopen. De lancering begint met een spectaculaire droneshow, waarbij de verlichte drones samen het logo van Firefly vormen in de lucht. Even later staat de daadwerkelijke auto op het podium en horen we om ons heen diverse enthousiaste kreten. Bij de aanwezige pers is er juist enige teleurstelling, omdat deze presentatie inhoudelijk in niets lijkt op die van de ET9. We krijgen de elektrische Firefly alleen vanbuiten te zien, we horen de (met luid gejuich ontvangen) Chinese vanafprijs van net geen €20.000 en we vernemen dat de beoogde concurrent van de Smart #1 en de Mini Cooper een frunk van 92 liter heeft. Daarmee moeten we het vanavond doen.

William Li presenteert de Firefly
Achter de schermen
Natuurlijk komen we niet alleen naar China om de sfeer te proeven rondom Nio Day. Naast Firefly is er in de vorm van Onvo nog een tweede kersvers submerk van Nio en we krijgen de kans om kennis te maken met het eerste model, de Onvo L60. De eerste rijtest lees je in AutoWeek 5. De L60 rolt van de band in Hefei, een stad op zo’n vijf uur landinwaarts vanaf Shanghai. Daar wordt de Onvo gebouwd zij aan zij met diverse modellen van Nio. Dit gebeurt in de zogenoemde ‘F2’-fabriek, Nio’s nieuwste productiefaciliteit. Elders in Hefei bouwt Nio ook nog auto’s in de nog samen met JAC opgezette F1-fabriek. F2, waar we een kijkje achter de schermen kunnen nemen, is een heel ander verhaal dan F1.

Het Nio House in Hefei, met daarachter de 'F2'-fabriek.
Via het gepolijste Nio House krijgen we toegang tot deze hypermoderne fabriek, die opvallend genoeg helemaal is ingericht voor rondleidingen. “Hier kunnen Nio Users naar wens komen kijken hoe hun auto gebouwd is”, vertelt onze gids. Er zijn, vast niet geheel toevallig, vandaag ook wat klanten die hun Onvo L60 in ontvangst nemen en ook een rondje door de fabriek mogen lopen.
Tijdens onze ronde valt vooral op hoe schoon het is en dat er hier en daar bepaald niet traditioneel gewerkt wordt. Complete carrosserieën komen voorbij rijden op autonome platforms, op weg naar ‘eilandjes’ waar onderdelen geïnstalleerd worden. Van lineaire productie is voor een groot deel geen sprake meer. Dit moet Nio helpen om auto’s zoveel mogelijk op bestelling te kunnen bouwen. Er zijn veel verschillende kleuren en opties beschikbaar, maar daar mag het productietempo natuurlijk niet teveel onder lijden. Nu rolt hier ongeveer een auto per minuut van de band, zo’n 800 per dag. Dat moeten er meer worden. Veel meer. Nio wil rondom deze fabriek net buiten Hefei een soort fabrieksdorp bouwen. Er werken nu zo’n 8.000 mensen, dat moeten er 50.000 worden. Zij gaan hier dan zelfs wonen, er komt bijvoorbeeld een school, een ziekenhuis en een supermarkt bij. Nu is F2 nog goed voor 300.000 auto’s per jaar, na de uitbreiding moeten het er meer dan een miljoen zijn.

De fabriek in Hefei
Handen ineenslaan
Nio is helemaal klaar voor meer. Meer merken, meer modellen, meer productiecapaciteit, meer ‘Users’. Het hoort bij de haast grenzeloze ambitie: Nio wil een grootmacht worden in de auto-industrie. Een belangrijke stap in die richting is het delen van zijn nieuwe NT3 geheten platform, waarop ook het nieuwe vlaggenschip ET9 troont. Er zijn al gesprekken over met de Chinese fabrikanten Chery, Changan en Geely. Onder meer die partijen zijn ook geïnteresseerd in het accuwisselen. Daarom is er een nieuwe generatie accuwisselstation ontwikkeld waar ook auto’s van andere merken straks kunnen gaan wisselen. ‘Samen verder’ is vrij vertaald het motto van Nio en dat wordt zo wel heel letterlijk.
Het zal ook wel nodig zijn, want Nio is vooralsnog verlieslatend. Dat weet William Li ook, maar hij is optimistisch gestemd. “Ik zie dat de markt in ons gelooft en dat we als bedrijf van tien jaar oud gaan bewijzen dat we winstgevendheid kunnen bereiken", zegt hij. “We hebben wat tegenvallers gehad, bijvoorbeeld door covid en de stijgende grondstofprijzen, maar het ziet er nu beter uit.” Of Nio het gaat redden, zal vooral aan het al dan niet aanslaan van Onvo en Firefly liggen. Dat zal tevens bepalen of ‘samen’ ook ‘samen met de Westerse markten’ betekent. De kersverse importheffingen helpen Nio’s ambities op dat vlak natuurlijk niet. Als er überhaupt ooit een Nio Day in Europa komt - daar zien we Nio wel voor aan - dan moet er nog wel heel wat gebeuren voordat het net zo’n gekte wordt als in Guangzhou.