Pobresh zei:
Hamer zei:
Een paar berichten uit 1970 hebben de grote schoonmaak overleefd...
:T
Mogelijkerwijze is dat gewoon de oorzaak van de traagheid van dit forum. De snelheid stamt nog uit de jaren 70.
33,45 of 78 toeren
In 1970 bestond de processor nog niet

Hij is pas uitgevonden in 1971

De 4004 is een 4-bits-processor. Hij kan maar met 4 bits tegelijk bewerkingen doen. Bewerkingen met getallen van 16 (24) of groter moet hij in meerdere stappen doen.
De 4004 heeft een 16-pins connector. Ter vergelijking: de Intel Core i7 uit 2008 heeft er 1366.
De 4004 heeft 2300 transistors. Zoveel waren er in die tijd nog nooit op één chip geplaatst. De 4004 heeft een instructieset van 46 (later 50) instructies, 41 van 8 bits en 5 van 16 bits, en hij heeft een maximale kloksnelheid van 740 kHz. De 4004 heeft een voedingsspanning van maar liefst 15 volt nodig. Dat is bijna 15 keer zo veel als zuinige processoren nu. Dat komt doordat de schakelingen en de leidingen op die chip toen nog veel groter waren dan nu. Hoe groter, hoe meer weerstand, hoe meer warmteontwikkeling en des te meer spanning er nodig is om de halfgeleiderschakelingen te laten werken.
Per klokcyclus kan de processor de situatie in de processor wijzigen. Het is niet zo dat er in één cyclus één instructie kan uitgevoerd worden; bijna alle instructies hebben meerdere cycli nodig.
Voor een 8-bitsinstructie gaat dat als volgt:
3 cycli om het adres van de volgende instructie in te laden
2 om de processor klaar te maken voor de instructie
3 cycli voor het uitvoeren van de instructie
Dus al 8 cycli voor één opdracht. En voor een 16-bits-instructie het dubbele, dus 16 cycli.
Hiermee kan de 4004 dus 46 250 instructies van 8 bits uitvoeren per seconde. Om twee getallen bij elkaar op te tellen heeft de 4004 zes instructies nodig. Om 46250/6=7708 getallen tussen 0 en 255 (28) bij elkaar op te tellen heeft hij dus één seconde nodig. [size=x-large]De 4004 werd in die tijd als supersnel gezien.[/size] en dat was nog niet het echte begin van automatisering. Die begon pas later met deze klassieker.
De Intel 8086-processor was zowel de eerste 16-bit processor als de eerste x86-processor en werd uitgebracht in 1978 door Intel.
Intel bracht korte tijd later een versie van de 8086 uit, de 8088, die intern in 16-bit werkte, maar aan de buitenkant een 8 bits bus had. Deze processor werd door IBM verkozen voor de eerste IBM PC.
De 8086 is uitgebracht in kloksnelheden van 4,77 (de snelheid in de eerste PC) tot 10 MHz. Veel PC-klonen hadden een optie om de processor tussen de oorspronkelijke 4,77 MHz en 8 MHz te kunnen schakelen. Instructies werden in 4 tot ongeveer 200 klokpulsen uitgevoerd.
De 8086 had geen FPU, maar Intel leverde wel een externe FPU, de 8087. In veel computers was een voetje aanwezig om een 8087 bij te plaatsen.
De eerste computer in Nederland met deze processor verscheen pas eind 1981. Dat was natuurlijk IBM,
Op 12 augustus 1981 presenteerde IBM hun personal computer; de 5150 IBM Personal Computer op basis van de 8088 CPU, een 16-bits-microprocessor (extern 8-bit) van Intel en een Industry Standard Architecture (ISA) bus. De eenvoudigste uitvoering bestond destijds uit een toetsenbord en systeemkast, voorzien van 40K Rom en 16K Ram. Diskdrives had de machine niet; programma's moesten worden opgeslagen op een cassetterecorder. Met een 5¼-inch, 160K floppydrive en 64K Ram. Er moest maar liefst $1565 (destijds 4445 gulden of 80000 BEF) voor worden betaald. De eerste reacties waren overweldigend; tegen het einde van 1982 werd op werkdagen wereldwijd al een computer per seconde verkocht.
En de eerste computer die echt in de huiskamer verscheen was natuurlijk de commodore 64, vanaf 1982 op de markt.
De Commodore 64 kwam in 1982 op de markt. De behuizing bestond uit een dik toetsenbord, waarbij het computergedeelte zich onder de toetsen bevond. De Commodore 64 werd aangesloten op een televisietoestel dat als monitor voor beeld en geluid diende.
De Commodore 64, die bij de ontwikkeling VIC-40 werd gedoopt maar nooit onder die naam op de markt kwam, was door Commodore ontwikkeld als opvolger van de VIC-20. Het nummer 64 heeft betrekking op het werkgeheugen, dat 64 kB groot was. Daar de adresruimte van de processor ook 64 kB groot was, kon het gehele RAM-geheugen slechts onder bijzondere omstandigheden worden benut. Een deel van de adresruimte werd gebruikt voor ROM routines zoals de Basic interpreter. Onder BASIC was er slechts 37 kB (38911 bytes) vrij voor de gebruiker. De eerste melding, die na het aanschakelen op het scherm verscheen was: