@ Dietrich Celine: Gave Mustang!
Ik was gebleven op de parkeerplaats van het (hoge snelheids)treinstation van Sanjiang in de provincie Guangxi. Daar pakte ik de trein richting het noorden, om er bij de eerstvolgende halte weer uit te stappen: Congjiang, in het zuiden van de provincie Guizhou. Guizhou is vanwege de geïsoleerde ligging lange tijd met afstand de armste provincie van China geweest, inmiddels komt Guizhou's BBP per inwoner op de 31ste plek van de 33 provincies. Nog steeds geen vetpot dus. In China zijn er zeer grote verschillen in de verdeling van de welvaart, met grote verschillen tussen provincies onderling, maar ook in provincies zelf tussen de stad en het arme platteland. Met Guizhou gaat het inmiddels wat beter, wat onder meer met de almaar verbeterde transportverbindingen te maken zal hebben. In Congjiang ligt een dorpje met de naam Zhaoxing dat erg in trek is bij toeristen, voornamelijk Chinese toeristen, maar toevallig verbleef ik die nacht met een Franse man en een Spaans meisje in het kleine hotel/hostel (andere gasten waren er niet).
Zhaoxing moet een van de grootste en prachtigste dorpjes van de eerder genoemde Dong-minderheid zijn geweest. Maar helaas, dit dorp is zoals zoveel Chinese toeristische trekpleisters verandert in een
tourist trap. De houten paalhuizen zijn ook hier vervangen door betonnen kolossen bekleed met hout. Dwars door het dorp is alles plat gebulldozerd om plaats te maken voor een brede boulevard. In deze hoofdstraat bevinden zich talloze lawaaiige KTV (karaoke) cafés en heel veel restaurants, veelal door Han-Chinezen gerund, en souvenirshops. Het verder desondanks prachtige dorp is wat mij betreft alsnog een bezoek waard, door de ongetwijfeld wel traditionele trommeltorens en wind-en-regen bruggen in het dorp en de lokale bevolking, die moeiteloos te herkennen is door klederdracht (soms, vaak ook westerse kleding), de minder gejaagde manier van leven en dagelijkse activiteiten, alsof er nooit iets veranderd is. Bovendien is het dorp een goede uitvalsbasis voor kleinere, maar nog niet verpeste Dong-dorpjes en de stad Liping.
De spots in het dorp:
Een Dongfeng truck in het dorp, weer zo'n Isuzu-achtig ding. Dongfeng is een van de grootste Chinese autofabrikanten en heeft van oudsher een sterke positie op de Chinese vrachtautomarkt. Dit is duidelijk een wat oudere vrachtauto dan de groen gekleurde trucks die eerder de revue passeerden, met rechthoekige koplampen en grille.
Knappe SUV van Qoros, de 5 SUV. Qoros is kortstondig in Slowakije op de markt geweest met de bedoeling om later de rest van Europa te veroveren, maar het mocht niet zo zijn. Daar waren vooral de teleurstellende verkoopresultaten op de thuismarkt debet aan, met als gevolg een zwaar verlieslijdend bedrijf dat door Chery en een Israëlische partij van de hand werd gedaan en zo in de handen van een investeringsmaatschappij kwam. Sindsdien gaat het weer wat beter.
De Kia K3 is niet genoemd naar de Belgisch-Nederlandse meidengroep. Het is een compacte sedan die in Noord-Amerika als Forte bekend is en bij de Australiërs Cerato wordt genoemd. Dit is de vorige generatie. Speciaal voor China heeft de auto een anders vormgegeven voor- en achterkant.
Al bijna net zo iconisch als de Volkswagen Santana (van SAIC/Shanghai Volkswagen) is de Jetta (van FAW Volkswagen). De auto ging op 5 december 1991 in productie en kreeg in 1997, 2004 en in 2010 facelifts. Dit is er een van het laatste type, dat in productie bleef totdat in 2013 een nieuwe, speciaal voor China ontwikkelde compacte sedan met de naam Jetta verscheen.
De JAC T6 is een prima uitziende pick-up wat mij betreft en hoort bij de vijf populairste pick-ups in China van dit moment.
Weer zo'n vrachtauto, gelijk aan de twee eerder getoonde groene pick-ups, maar wederom van een ander merk, ik weet niet eens welke (behalve dat het met een C moet beginnen kijkende naar het logo).
Zotye is een onafhankelijke autofabrikant die in 2006 begon met de productie van de 2008, een (illegale) kopie van de Daihatsu Terios (in China Dario Terios geheten). Zotye komt weleens in het autonieuws vanwege dubieuze kopieën van buitenlandse autofabrikanten, naast de Daihatsu waren onder andere Audi (A6, Q3, Q5), Porsche (Macan) en Toyota (Allion) slachtoffer. Sympathieker zijn de eigen versies van de Fiat Multipla en Fiat Palio/Siena/Perla, die Zotye onder eigen vlag maakte nadat het de productierechten en apparatuur van Fiat had overgenomen. Zotye bezat ook de rechten om de Lancia Lybra te produceren, helaas bleef het bij prototypes.
De Ford Escort werd speciaal voor China ontwikkeld en is gebaseerd op de tweede generatie Focus. De auto is dan ook onder de (nieuwe) Focus gepositioneerd.
King Long is een van de bekendste Chinese fabrikanten van bussen en touringcars, die ook deze Toyota HiAce-kopie maakt.
Foton Wuxing is een bedrijfsonderdeel van (vracht)autofabrikant Foton. Dit soort brommobielen, met drie of vier wielen, zie je vooral in het Chinese achterland. Deze Foton Wuxing Luqi is duidelijk geïnspireerd op een oude Volkswagen Polo. Erachter de lokaal gebouwde Ford Transit.
Soueast schakelde de hulp van Pininfarina in voor het ontwerpen van de DX7 Bolang, het resultaat is een voor Chinese begrippen bovengemiddeld herkenbare en strakke crossover.
In 2005 verkreeg SAIC de productierechten van de Rover 75 (net als toenmalig concurrent NAC de rechten op de merknaam MG en de 25/Streetwise, 75 en TF verwierf). Helaas voor SAIC waren de rechten op de merknaam Rover in bezit van BMW, die Rover weer doorverkocht aan Ford in 2006. Waarschijnlijk waren de autofabrikanten bang dat de Chinezen SUV's zouden gaan bouwen onder Rover-vlag, daarmee Land Rover in de weg zittend... Daarom koos SAIC voor de merknaam Roewe: lijkt op Rover, maar is het niet. In 2007 kwam het in zwaar verkerende NAC (Nanjing Automobile) in bezit van SAIC, zodat MG en Roewe weer onder een dak kwamen. De Roewe 350 is een compacte sedan die in 2010 werd geïntroduceerd.
Nog een Roewe is de W5, de eerste SUV van het merk. Roewe-eigenaar SAIC had vroeger SsangYong in bezit, totdat de Koreanen in zwaar terecht kwamen, uitstel van betaling aanvroegen en uiteindelijk zouden worden gered door het Indiase Mahindra. Maar goed, SAIC had alles al in huis om de SsangYong Kyron in iets gewijzigde vorm onder eigen vlag in productie te nemen. Die Kyron is hier nog eenvoudig in te herkennen.
Vanuit Zhaoxing heb ik een middagje Liping bezocht, een fraaie stad waar toerisme nog niet zo'n vat op heeft gehad. Dat stadje komt in de volgende post aan bod, hier alvast wat spots:
Vroeger waren er allerlei leuke stadsauto's uit China, door de prijzenslag zijn dit soort auto's nog maar nauwelijks interessant, omdat je voor bijna hetzelfde geld een behoorlijke compacte sedan of MPV'tje koopt. Een van die aardig gelijnde stadsauto's is de Changan Benben (exportnaam: Benni). Dit is de eerste generatie, die in 2006 verscheen. De auto staat wat lullig op zijn wieltjes (waar de Hyundai Atos bijvoorbeeld ook last van had), maar de vormgeving vind ik behoorlijk origineel.
(Bijna) iedere zichzelf respecterende internationale autofabrikant heeft wel een speciaal voor China ontwikkelde sedan in het gamma. Kia heeft bijvoorbeeld de K4, een zustermodel van de eveneens exclusief voor China bedoelde Hyundai Mistra.
Er zijn tegenwoordig tientallen kleine LSEV (low-speed electric vehicle) fabriekjes in China, die een soort elektrische brommobielen maken. Dit is bijvoorbeeld de Yuedi T70, die identiek is aan de Yogomo Yujie Q, maar dat dacht je waarschijnlijk al.

Optisch is het duidelijk een Citroën C1 om te zien, maar dan veel kleiner en smaller en met een topsnelheid van 50 km/h.
Een zeldzame auto is de X9 van Landwind, de driedeursuitvoering van de X6. Auto's met minder dan vier portieren zijn gewoon niet in trek in China. Zoals de X6 een kopie is van de Isuzu Rodeo/Opel Frontera, is de X9 dat van de Isuzu Amigo/Opel Frontera Sport.
Weer een andere auto van Baojun, de joint-venture van SAIC-GM-Wuling, is de 310. Hij is de goedkoopste Baojun en zeg maar een soort Chinese Dacia Sandero qua positionering.
Een vroege en daardoor zeldzame Great Wall Deer, een van de Toyota Hilux-kopieën. Toen was het front nog identiek aan dat van de Hilux, waarmee dit exemplaar waarschijnlijk een jaar of 18-20 oud zal zijn.
De Geely Emgrand EC7 is een van de populairste Geely's en stamt uit 2008.
Velen zullen weleens van de merknaam Hongqi (Rode Vlag) hebben gehoord, een merk van First Auto Works (FAW), een van de vier grootste autofabrikanten in handen van de Chinese staat. De eerste Hongqi, de CA72, was gebaseerd op een 1955 Chrysler/Imperial. In 1988 startte FAW de productie van de Audi 100 onder eigen vlag, de CA7180/7200/7220-serie. Dit is zo'n Hongqi Mingshi CA7180. Het is de enige Hongqi die ik die reis heb gezien.
De roemruchte Duitse autofabrikant Borgward beëindigde in 1961 door financiële problemen de productie van auto's, maar keerde in 2015 terug met dank aan de kleinzoon van Carl Borgward, Christian Borgward. Met zijn zakelijke partner Karlheinz L. Knöss en hulp in de vorm van investeringen door de Chinese (vracht)autofabrikant Foton, kwam zo de BX7 tot stand. De BX7 ging in 2016 in productie en werd later gevolgd door de BX5 en BX6. De Chinese verkopen vallen niet mee en de Europese exportplannen lijken telkens te worden uitgesteld. Als dat maar goed gaat...
