VriMiBolide: Citroën BX 4TC

Citroën BX TC4
Vrijdag, tijd voor de vrimibo. Bitterballen erbij, blokjes kaas, drankje in de hand en praten met collega's over auto's. Zo ga je nog lekkerder het weekend in. Om jullie daarbij te helpen presenteren we elke vrijdagmiddag de VriMiBolide, de auto die de tongen los moet maken tijdens de vrijdagmiddagborrel. Deze week: de Citroën BX 4TC!

Bij de eerste aanblik is het direct duidelijk: dit is geen gewoon bx'je. De lange neus met afwijkende grille, forse spatbordverbreding en dikke bult op de motorkap verraden iets van het potentieel van deze auto. De BX 4TC vindt zijn oorsprong zoals zoveel heftige creaties uit de jaren '80 in de beruchte koningsklasse van de rallysport: de Groep B. Wie deze rubriek een beetje volgt weet wat voor snoepjes de homologatie-eis van deze tak van sport allemaal al teweeg heeft gebracht: we zagen eerder de Renault 5 Turbo, Peugeot 205 Turbo 16 en Audi Quattro voorbijkomen, en ook de Porsche 959 bestaat dankzij de Groep B.

Ook deze BX is geen katje om zonder handschoenen aan te pakken. De 200 straatversies die werden gebouwd kregen een 200 pk sterke viercilinder mee. Het blok lag in het hyperexclusieve apparaat niet dwars voorin, zoals dat hoort bij een BX, maar juist in de lengterichting. Vanuit die bijzondere positie stuurde het 2.141 cc metende turboblok z'n krachten via een handgeschakelde vijfbak naar alle vier de wielen. Om aan de voorschriften te voldoen had Citroën zich genoodzaakt gezien een klein beetje van het het oorspronkelijk 2.155 cc metende blok af te schaven, met deze cilinderinhoud tot gevolg. De noord-zuidconfiguratie van het motorblok had serieuze consequenties voor het uiterlijk: om voldoende ruimte te bieden moest de neus van de auto een aantal centimeter worden verlengd, wat een wat wonderlijke lange overhang tot gevolg had.

Terwijl de motor er alles aan deed zich van een normale BX te distantiëren bleef het onderstel juist dicht bij z'n roots: ook deze BX heeft gewoon hydropneumatische vering. Op de foto's resulteert dat in een lekker laag op de weg liggende auto, terwijl de supersportieve BX in de rij-stand een stuk hoger op de poten stond. Helaas kon het bijzondere stuk techniek niet voorkomen dat de BX 4TC een weinig succesvol bestaan beschoren was. In de rallysport kwam de auto in 1986 eigenlijk te laat, omdat de Groep B al na drie races met het Franse wapen ophield te bestaan. Citroën was niet blij met de boodschap die daarvan uitging, wat het bedrijf deed besluiten zoveel mogelijk 4TC's terug te kopen en te vernietigen. Ook de angst voor de verplichting in onderdelen te voorzien droeg daaraan bij. De 4TC werd dus nog zeldzamer dan hij al was: naar verluidt zijn er nog ongeveer 40 straat-exemplaren over.

Lezersreacties (49)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.