Supershowroom: Audi A4

Audi 80 (eerste generatie, 1972)
Na de Audi F103, die als eerste auto sinds de Tweede Wereldoorlog weer de merknaam Audi droeg, was het in 1972 tijd voor een nieuw model. De F103 (de verzamelnaam voor de Audi 72, 75 en 80) werd opgevolgd door de 80. De auto schudde het erfgoed uit het DKW-tijdperk van zich af en kreeg de beschikking over twee gloednieuwe motoren; een 1,3-liter en een 1,5-liter benzine. Al snel volgde een 1,6-liter met 100 pk. Die was bestemd voor de tweedeurs 80 GT. De 80 vormde overigens de basis voor de eerste generatie Volkswagen Passat. In 1976 werd de auto gefacelift; de ronde koplampen maakten plaats voor grotere, vierkante exemplaren. De 80 GT kreeg een nieuwe versie van de 1,6-liter onder de kap, die dankzij brandstofinjectie nu goed was voor 110 pk. In Nederland bleef het bij de twee- en vierdeursversie, maar in onder andere de VS was er al een stationwagon. Overigens was dat niet veel meer dan een Volkswagen Passat met Audi-logo's.

Audi 80 (tweede generatie, 1978)
Eind jaren 70 maakte de Audi 80 een groeispurt mee. De tweede generatie was namelijk een aardig stukje groter dan zijn voorganger en kreeg ook een krachtiger motorisering toebedeeld. Niet alleen in de basis had de 80 een grote stap gezet, ook op sportief gebied was er na een tijdje iets nieuws onder de zon. In 1981 was daar ineens de Coupé GT. Deze auto zou de basis vormen voor de beroemde Audi Quattro. Oorspronkelijk lag er een vijfcilinder met een inhoud van 1,9 tot 2,3 liter in het vooronder, maar er was ook een minder potente 1,8-liter viercilinder. Ook de Quattro maakte gebruik van de vijfcilinder uit de Coupé GT. Uiteindelijk zou de Coupé GT tot 1991 op de markt blijven, naast de derde generatie van de Audi 80. De tweede generatie Audi 80 werd namelijk al in 1986 afgelost.

Audi 80 (derde generatie, 1986)
Met de derde generatie ging de Audi 80 meer een eigen leven leiden. Niet langer was de auto een broer van de Passat, want de auto stond op zijn eigen platform. Ook qua uiterlijk waren de gelijkenissen minder dan voorheen. De auto werd een stuk ronder en had als eerste middenklasser een met zink gegalvaniseerde carrosserie. Daardoor was de auto extra goed bestand tegen roest. Naast de diverse viercilinder benzine- en dieselmotoren was er ook weer een vijfcilinder beschikbaar. Deze was echter voorbehouden aan de luxere Audi 90, die op verschillende punten zichtbaar verschilde van de 80. Voor het eerst was de middenklasser er ook in Nederland als stationwagon; de 80 Avant verscheen met de facelift in 1991. Een extra sportieve versie daarvan kwam in de vorm van de 316 pk sterke vierwielaangedreven RS2 Avant. Ook waren er de driedeurs Coupé en de Cabriolet. Topversie van de sedan was de vierwielaangedreven S2 Quattro met 230 pk en een topsnelheid van 246 km/h.

Audi A4 (eerste generatie, 1994)
Eind 1994 werd de opvolger van de Audi 80 gepresenteerd. De auto zou vanaf dat moment onder een nieuwe naam verder gaan; A4. Deze keer deelde de auto wel weer zijn platform met de Volkswagen Passat. De auto kreeg een duidelijk moderner design, hoewel het een zichtbare evolutie van de 80 was. Onder de kap was vooral de 1,8-liter twintigklepper een noviteit. Daar was ook een turboversie van. Ook de 2,4-liter en de 2,8-liter V6 kregen vijf kleppen per cilinder toebedeeld. Ook nieuw was de tiptronic-automaat. Als topmodellen waren er de vierwielaangedreven S4 en de nog extremere, 380 pk sterke RS4 Avant. Die laatste had slechts 4,9 seconden nodig om de 100 km/h te bereiken. Een opvolger voor de 80 Coupé en Cabriolet kwam in de vorm van de eerste generatie TT en de cabrioletversie daarvan.

Audi A4 (tweede generatie, 2000)
Met de tweede generatie A4 werd het al wel een beetje duidelijk; 'never change a winning team' moet Audi hebben gedacht. De auto was qua vormgeving een duidelijke doorontwikkeling van de eerste generatie. Het grote verschil zat 'm vooral in de achterkant, terwijl er aan de voorkant veel minder veranderde. Onder de kap lag onder andere nog steeds de geblazen 1,8-liter twintigklepper en de 2,4-liter V6 5V. In plaats van de 2,8-liter dertigklepper V6 kwam er een 3,0-liter exemplaar. De S4 pakte het een stuk ruiger aan dan de vorige generatie, met een 344 pk sterke V8 met tevens vijf kleppen per cilinder. Een RS4 was er niet van deze generatie. Wél was er weer een cabriolet.

Audi A4 (derde generatie, 2004)
Officieel is het een nieuwe generatie, maar daarover zijn de meningen verdeeld. De in 2004 geïntroduceerde derde generatie stond op hetzelfde platform als de vorige en had in de wandelgangen bij Audi zelfs gewoon dezelfde typeaanduiding. Toch zijn er wel degelijk opvallende wijzigingen zichtbaar, kijkend naar de andere lampen en de grotere, doorgetrokken grille. Ook onderhuids werd er het één en ander gewijzigd. Zo kwamen er de 1,8-liter en 2,0-liter TFSI-motoren en een 3,2-liter V6 FSI. Ook het aanbod in dieselmotoren werd vergroot. Net als de tweede generatie was er weer een cabriolet. Een model dat zijn rentree maakte, was de RS4. Die was er niet langer alleen als Avant, maar nu ook als cabriolet en sedan. Met de 420 pk sterke 4,2-liter V8 FSI was de sedan goed voor een 0-100-sprint in 4,8 seconden. De RS4 Avant had 0,1 seconde langer nodig en was daarmee net zo snel als de eerste RS4 Avant. Uiteindelijk werd deze generatie van de A4 later nog als de Seat Exeo op de markt gebracht.

Audi A4 (vierde generatie, 2007)
Met de vierde generatie veranderde er meer. De auto kwam op het nieuwe MLP-platform te staan, wat het rijgedrag ten goede kwam. Op datzelfde platform werd ook een nieuw, verwant model gebouwd: de A5, een coupé op basis van de A4. De auto werd weer iets groter, maar ook wat lichter. Nieuw was de A4 Allroad, maar de cabriolet verdween juist weer. Die werd opgevolgd door de A5 cabriolet. In 2011 werd de auto gefacelift. In 2012 kwam, na lange afwezigheid, pas een RS4 Avant met 450 pk. Een klein stukje werd er van de 0-100-acceleratie afgeschaafd; 4,7 seconden was genoeg. Als snelle sedan was er de S4 met 333 pk.

Audi A4 (vijfde generatie, 2015)
De huidige generatie van de Audi A4 is pas sinds afgelopen najaar op de markt. Wederom geen grote wijzingen in het ontwerp, maar een stevige doorontwikkeling van de vorige generatie. Meest opvallend is de gewijzigde vorm van de grille en de wat scherper gelijnde neus en kont. Op dit moment is de A4 er als sedan, Avant en Allroad. De topversie is momenteel de S4 met de 354 pk sterke 3,0-liter V6. Die is er als sedan en als Avant. Een RS4 Avant is ook weer op komst.