Skoda Octavia Scout
Stoere jongens, ferme knapen
- Albert-Jan Cornelissen
- Eerste rijtest
Wanneer je de Skoda Octavia Scout bekijkt, lijkt het weer zo'n auto van het type 'schone schijn'. Dikke plastic bumpers, maar geen integrale aandrijving. Schijn bedriegt echter in dit geval, want deze stoere Skoda heeft wel degelijk 4x4-techniek aan boord. En daarmee wordt deze Tsjech een betaalbaar alternatief voor SUV's.
Plastic is de botox van de auto-industrie. De laatste tijd worden we overspoeld door modellen die bij de kladden zijn gepakt door overijverige designers die met zwarte plastic bumpers en zijbescherming het sufste stadsautootje willen omtoveren in een soort van terreinwagen. Maar omdat in de meeste gevallen vierwielaandrijving achterwege blijft, zijn het tandeloze tijgers. Ze ogen stoer, maar het angstzweet breekt hun uit bij het zien van een modderig bospaadje.
Als je oog in oog staat met Skoda's nieuwste Octavia, de Scout, lijkt het van hetzelfde laken een pak. Grote zwarte bumpers met zilverkleurige bodemprotectie en dikke spatbordranden geven hem een onverzettelijke uitstraling, en hij staat ook duidelijk een stukje hoger op de poten dan zijn broertjes. Maar daar hebben ze het in Mlada Boleslav gelukkig niet bij gelaten. Omdat de Octavia zijn platform met de Golf en A3 deelt, konden de Tsjechen mooi de integrale aandrijftechniek van hun Duitse familieleden lenen. En dan wordt het opeens een heel ander verhaal, want daarmee valt deze auto in dezelfde categorie als de Volvo XC70 en de Audi Allroad, die fors duurder zijn. De enige concurrenten die je voor deze auto kunt bedenken, zijn de Forester en Legacy Outback van Subaru, maar die zijn dan weer niet met de – voor dit soort auto's feitelijk onmisbare – dieselmotor leverbaar.
Snaarstrak
Maar, zult u denken, als ik een auto met vierwielaandrijving wil, kan ik toch net zo goed een terreinwagen kopen? Op zich wel, maar die zijn toch vaak stukken zwaarder dan gewone auto's, waarbij ook nog eens het zwaartepunt hoger ligt. Dat heeft onvermijdelijk uitwerkingen op het verbruik en de prestaties, en komt het weggedrag evenmin ten goede. Op dat punt weet de Scout zich dan ook van de SUV's te onderscheiden. Tijdens het rijden heb je nauwelijks het gevoel in een hogere auto te zitten, wat hij met 40 mm extra ten opzichte van de gewone Octavia Combi trouwens ook niet echt is. Daarvan profiteer je tijdens het bochtenwerk. De Scout gaat snaarstrak de hoek om, van buitensporig overhellen is beslist geen sprake. Zijn onderstel is een prettige mix van een comfortabel veergedrag en een goede wegligging. Het stuur volgt de bevelen van de bestuurder rap en nauwkeurig op, en de vierwielaandrijving zorgt voor een veilig en stabiel gevoel in bochten. Hij volgt keurig de ingeslagen koers, waarbij hij zich niet snel van zijn stuk laat brengen. Mocht het desondanks toch uit de klauwen lopen, is er ESP aan boord als achtervang.
Over de vering hebben we evenmin reden tot klagen. Door de langere veerwegen wordt ellende in het wegdek netjes opgevangen en zoveel mogelijk weggewerkt. Met kortere oneffenheden weet hij minder goed raad, door de relatief korte wielbasis. Maar al met al is het gewoon een erg prettig rijdende auto, deze Octavia.
Zware jongen
Op motorengebied is er keuze uit een direct ingespoten tweeliter benzinemotor met 150 pk of de overbekende tweeliter TDI van Volkswagen met 140 paarden. Om maar met de deur in huis te vallen: de zelfontbrander is de betere keuze. Met zo'n 1.500 kilo is dit namelijk best een zware jongen, en daarmee weet de koppelrijke TDI beter raad dan de FSI-motor. De benzinemotor krijgt de gang weliswaar ook lekker in de Scout, maar daar moet hij duidelijk harder voor werken. Onderin heeft hij niet gek veel in huis, het is zaak deze motor op toeren te houden.
Tijdens de testrit door de bergen rond Turijn scoren we een gemiddeld verbruik van 1 op 9,5, wat best netjes is gezien de steile hellingen die we moeten slechten. Dat relatief nette verbruik is mede te danken aan de directe inspuiting van deze motor. Zoals gezegd, zouden wij voor de tweeliter TDI gaan, indien uw jaarkilometrage dat tenminste enigszins rendabel maakt. Want hoewel de prijzen van de Scout nog niet bekend zijn, zal de diesel ongetwijfeld flink duurder worden dan de benzineversie. Deels verdien je dat terug met een fors lager brandstofverbruik, dat zo'n 3 liter per 100 km minder bedraagt. En je profiteert van lekker veel koppel bij lage toeren, hoewel we daarbij moeten aantekenen dat hij boven de 2.000 tpm pas echt lekker op stoom komt. Maar dan sleurt hij de Scout ook met het grootste gemak voort. Op isolatiegebied heeft Skoda zijn huiswerk gedaan, want de TDI-motor – van nature toch niet echt een stille motor – komt in de Scout niet al te lawaaiig over. En de diepe brom past op de een of andere manier wel bij het karakter van deze auto.
Moeiteloos
We verlaten het asfalt en duiken de sneeuw in van het bergdorp Sestrière, bekend van de Olympische Winterspelen. Daar blijkt dat de Scout ook onder zwaardere omstandigheden zijn mannetje staat. Moeiteloos ploegt de auto door de diepe sneeuw. De bodembescherming op de bumpers is in dit geval dan ook niet voor de sier. Deze auto kan nog aardig wat naast het asfalt. Dit is een perfecte auto voor een weekje naar de wintersport, mede door het comfortabele en ruime interieur. Dat verschilt overigens nauwelijks van dat van de gewone Octavia, even afgezien van andere instaplijsten (toe maar!) en een handgreep voor de passagier.
Het dashboard is netjes afgewerkt en overzichtelijk. De stoelen lijken in eerste instantie hard, maar ondersteunen het lichaam goed. De zittingen hadden echter wat langer mogen zijn. Op de achterbank is er qua ruimte en zitcomfort geen reden tot klagen. En de bagageruimte met 580 liter inhoud (bij omgeklapte bank 1.620 liter) maakt deze Scout eveneens tot een prima vervoermiddel voor een weekje met z'n vieren naar de sneeuw. Jammer trouwens dat Skoda niet van de gelegenheid gebruik heeft gemaakt om grotere buitenspiegels te monteren, want die zijn, net als op de gewone Octavia, te klein.
Veelzijdig
De Scout heeft ons aangenaam verrast. Onder het stoere uiterlijk gaat een prettige auto schuil, die naast de gebaande paden verrassend veel in huis heeft. Skoda heeft van relatief eenvoudige ingrediënten een veelzijdige auto weten te maken. Over prijzen en uitrustingen van de Scout is nog weinig bekend, maar qua prijsniveau zal hij volgens de importeur ongeveer even duur worden als de RS-uitvoering. Dat betekent zo'n E 34.000 voor de 2.0 FSI, en ongeveer E 36.500 voor de 2.0 TDI. Daarmee is hij pak hem beet 3 mille duurder dan de gewone 4x4-uitvoering van de Octavia Combi.