Audi A5 Sportback 3.2 FSI Quattro Pro Line (2010)

De A5 Sportback is een auto geworden waarvoor Audi zich niet hoeft te schamen. Hij deelt veel van z'n sierlijke lijnen met de A5 Coupé, die ook een fraaie verschijning is. Audi's nieuweling is geen vijfdeursvariant op de A5-reeks of een model dat het midden houdt tussen een hatchback en een stationwagon. Met z'n verfijnde, coupé-achtige lijnen is het een CC. Dankzij diezelfde lijnen biedt de Sportback de achterpassagiers niet royaal veel ruimte. Wel heeft hij heel slim nadrukkelijk uitgeholde achterkanten van de voorstoelen, die achterin voor meer ruimte op kniehoogte zorgen.

De hoofdruimte voor- en achterin is voldoende, maar niet meer dan dat. Beenruimte biedt de A5 aan de voorpassagiers daarentegen in riante mate. Het dashboard is integraal overgenomen uit de A4 en A5. En waarom ook niet? Er valt maar weinig kritiek op te leveren.

De middenconsole herbergt dan wel veel knopjes, maar die zijn allemaal keurig gerangschikt in logische clusters. Een aantal bedieningsorganen is ondergebracht in het MMI-systeem. Rondom de draaiknop van het MMI zit een aantal basisknoppen. Deze opzet maakt het mogelijk om snel door de verschillende menu's te 'lopen'. De afwerking van het dashboard is boven iedere twijfel verheven. Het ziet er verzorgd en chic uit, mede door de gebruikte materialen. De zit achter het stuurwiel is prima. Zowel de stoel als het stuurwiel laat zich in elke richting over een grote afstand verstellen. Het zitmeubilair biedt genoeg ondersteuning aan het lichaam.

Soepel in de omgang

Onder de motorkap van de Sportback 3.2 FSI snort een direct ingespoten V6 die een vermogen levert van 265 pk en een koppel produceert van 330 Nm bij 3.000 tpm. De krachtbron sleurt er van onderaf al stevig aan. Hij is daardoor soepel in de omgang. Dankzij de S-tronicversnellingsbak met dubbele koppeling schiet de A5 er bij iedere duw tegen het gaspedaal vandoor. Wachten op de kick-down is er niet bij. In 6,9 tellen sprint de Audi van 0 tot 100 km/h. De Sportback is minder op sportiviteit, maar vooral op comfort afgestemd.

De Servotronic-besturing van de A5 doet wel enige afbreuk aan dat comfort. Bij lage snelheden werkt de stuurinrichting erg licht en nerveus, om bij het toenemen van de snelheid plotseling veel zwaarder te functioneren. Daardoor komt de besturing ook afstandelijk over. Het onderstel van de Duitser vergoedt veel. De Audi vertoont een neutraal weggedrag. Dankzij z'n Quattro-systeem, dat de aandrijfkrachten over alle vier de wielen verdeelt, rijdt hij als op rails. Je kunt echt heel hard met de auto hoeken; de grip lijkt schier oneindig. Met het tegen meerprijs verkrijgbare Drive Select kun je de zwaarte en directheid van het stuurwiel en gaspedaal instellen en de hardheid van het onderstel aanpassen. Naast de standen Auto, Comfort, en Dynamic is er een Individual-stand.

Die zorgt ervoor dat je zelf de optimale combinatie kunt kiezen. In de praktijk voldoet de Auto-stand prima. De A5 is van huis uit al tamelijk straf geveerd; in de Dynamic-modus stuitert hij meer, maar rijdt hij niet dynamischer. Het foutloze bochtengedrag van de Audi schept veel vertrouwen. In de rechte lijn is de stabiliteit eveneens van hoog niveau.