Variëren op Mini-thema

Het is maar goed dat toen BMW het merk Mini nieuw leven inblies, het dat niet deed met de Countryman. De kritiek op het model zou zeker niet van de lucht zijn geweest. In de verte heeft hij wel iets weg van een oorspronkelijke Mini maar het is iets geheel anders. BMW heeft echter heel wijs een andere route gekozen en eerst succesvol het geliefde ontwerp van Sir Alec Issigonis, als een feniks uit de as laten herrijzen in een moderne jas.

Pas toen het publiek daaraan gewend was, ging BMW variëren op het Mini-thema. Met de cabrio en met de Clubman. De Clubman is ook een ode aan de originele Mini. Al is de moderne Clubman geen Mini met een vlak front, zoals de Clubman van weleer dat had, maar een moderne vertaling van de aloude Traveller. De Austin-versie van de Morris Mini Traveller, met houten beslag, heette Countryman, en heeft dus niet veel te maken met Mini met die naam die BMW dezer dagen ten tonele voert.

Het merk had gedacht Mini-klanten, die gezinsuitbreiding krijgen, te kunnen behouden met de meer binnenruimte biedende Clubman, maar kwam bedrogen uit. Voor hen heeft het nu de Countryman; de eerste Mini die langer is dan vier meter en die vier portieren telt, en ook de eerste Mini van BMW die buiten Engeland wordt gebouwd. Het langgerekte ontwerp dat hoog op z'n poten staat is weliswaar omstreden, maar zal dankzij de respectvolle wijze waarop BMW de populaire Mini tot leven heeft gewekt, en het succes dat de Duitsers tot nog toe met de eerste drie varianten van de auto hebben gehad best handen op elkaar krijgen. Sterker, de Countryman zal niet alleen worden geaccepteerd, hij zal, zo voorspellen wij op basis van  de populariteit van Mini, vast en zeker flink opklimmen op de verkoopranglijsten.