Mercedes-Benz besluit eind jaren tachtig in te haken op het succes van de
BMW M5 en introduceert in 1990 de brute 500 E. Deze limousine met sportwagenprestaties is gebaseerd op de W124 reeks. Om de auto passende prestaties te verlenen, wordt de 5,0-liter
V8 met 326 pk uit de
SL geïmplanteerd en voorzien van een ander injectiesysteem.
Dat ging niet zonder de nodige aanpassingen: de hele voortrein van de W124 moest opnieuw worden ontworpen. De spoorbreedte werd flink vergroot, wat aan de buitenzijde herkenbaar is door de fors uitgeklopte wielkasten. Wielophanging en remsysteem zijn afkomstig van de 500 SL.
Zelfs de hulp van
Porsche werd ingeroepen om de 500 E optimaal af te stemmen op de toegenomen prestaties. Een geavanceerd tractiecontrolesysteem (ASR) wordt gemonteerd. Alle inspanningen zijn niet voor niets: de 500 E heeft een op 250 km/h begrensde topsnelheid en een sprint van 0 naar 100 km/h is mogelijk in 6,1 seconden. Ook de volgende generaties van Mercedes’ middenklasser kennen een V8-model, deze zijn echter niet meer zo extravagant vormgegeven als de eerste 500 E.